228
Zoolang het: nu bij woorden en vermaningen bleef, gaf de prediking
van genoemde priesters geene aanleiding tot ernstige bezwaren.
Doch spoedig gingen zij, en onder hen vooral de eerstgenoemde,
Hadji Miskien, door dweepzucht vervoerd, verder en poogden zij
hun op zich zelf loffelijk doel door geweld te bereiken.
In zijne geboorteplaats Pandej Sikat was Hadji Miskien er, met
behulp van een der hoofden, in geslaagd het hanenvechten te ver
bieden. Doch toen de bevolking zich van dit en andere volgens
hem ongeoorloofde bedrijven niet onmiddellijk onthield, meende hij
haar daarvoor te moeten straffen door het groote raadhuis (balei),
dat een sieraad der kampong was, in den brand te steken. De
hoofden, hierover ten zeerste verbitterd, zonnen op wraak, zoodat de
hervormer zich door de vlucht moest redden en zich, te Ivota Lawas,
vervoegde bij eenen daar woonachtigen priester, Toewankoe Men-
siangan, dien hij tot zijne zienswijze overhaalde en bij wien hij be
scherming vond. Maar, door de lieden van Pandej Sikat achtervolgd,
bleek hij hier niet veilig te zijn, zoodat hij eindelijk de wijk moest
nemen naar Boekit Kamang, waar hij den boveugenoemden Toewan
koe nan Rintjeh aantrof. Het kostte Hadji Miskien weinig moeite,
dezen priester van de juistheid zijner inzichten te overtuigen en
weldra sloot deze zich met hart en ziel bij hem aan.
Om de hervormingsplannen van Hadji Miskien ten uitvoer te
brengen, achtte zijn nieuwe medestander het noodig, in overleg te
treden met de voornaamste priesters van het landschap Agam, opdat
deze op de overige geestelijkheid en op de bevolking hunnen in
vloed zouden doen gelden. Dit plan werd met goeden uitslag be
kroond en weldra hadden acht priesters een verbond gesloten, waar
van de verbreiding der zuivere leer het doel en Toewankoe nan
Rintjeh de ziel was. Dit bondgenootschap pleegde in latere jaren
vele geweldenarijen en wreedheden en verwierf zich diensvolgens
bij de bevolking van lieverlede den naam van „het verbond der
„acht tijgers."
Yoordat deze priesters hun hervormingswerk aanvingen, vervoeg
den zij zich bij den Toewankoe Kota toea, om ook van dezen in
stemming met hunne plannen te verwervenzij deelden hem mede
welke die plannen warenalles wat met de voorschriften van den