260 tevens de 2 koelies, bestemd tot het dragen dezer kistjes. Als sectiecommandant is ingedeeld de sergeant-majoor; alzoo een onderofficier van het administratief kader. Dat na de indienststelling van het achterlaadgeschut de eischen, welke aan een sectiecommandant dienen gesteld te worden, aanmer kelijk zwaarder zijn geworden dan vroeger het geval was, zal men mij zeker wel willen toegeven die eischen nu mogen mijns inziens niet gesteld worden aan een sergeant-majoor, een onderofficier, die slechts hoogst zelden aan de oefeningen van den troep deelneemt. Op grond van dien acht ik het dan ook noodzakelijk, dat bij een bergbatterij, waar door de bijvoeging van 6 mortieren toch reeds één luitenant aan de eigenlijke batterij wordt onttrokken, het aantal luitenants met één worde vermeerderd, zonder daarom natuurlijk den adjudant-on derofficier weg te nemen. Wat den sergeant-majoor betreft, mist men de gelegenheid hem, evenals bij een veldbatterij het geval was, ondergeschikt aan een luitenant, als geleider van een paar voertui. gen in een der volgende liniën te plaatsen; vandaar ook, dat ik hem ter beschikking van den batterijcommandant wensch te houden. Tot commandant van de 2e linie is bestemd de fourier, een onder officier van het administratief kader, wien als zoodanig liefst 2 Europee- sche en 1 Inlandsch onderofficier ondergeschikt zijn gesteld. Yoor com mandant van de 2e linie moest mijns inziens een Europeesch onderoffi cier worden gekozen ter wille van het groote belang eener goede ver binding tussehen de 2° en lc linie mocht zelfs wel altijd de beste voor dit commando worden uitgezocht. Komt de batterij in stelling en blijven op dat moment de mortieren intact (iets wat wel het meest voorkomende geval zal zijn), dan blijven deze met de daarbij behoorende munitie achter, en kan dus het commando daarover wel tijdelijk worden waar genomen door den oudsten van de daarbij ingedeelde Eur. onderoffi cieren. De op deze wijze vrijkomende luitenant kan dan als com mandant van de 2'' linie optreden. De fourier kan in de 3e linie bij de ranseldragers worden ingedeeld; hier niet bereden behoevende te zjjn, kan hij zijn paard afstaan aan den Eur. onderofficier, comman dant van de 2" linie. Als commandant van de door mij voorgestelde op te richten 3P linie dient eveneens een Europeesch onderofficier op te treden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 269