17 begroeid en vrij hoog, vermoedelijk zelfs bandjirvrij. Den 5en Januari werd begonnen met het openkappen van het terrein, hetwelk een paar dagen later echter weder gestaakt moest worden, omdat alle dwangarbeiders elders benoodigd waren. Alleen den 12en en den 19en kon er mede worden voortgegaan; daarna ging het openkappen bij Lamtih. weder voor en had de oprichting van Lamara en Lamsajoeng plaats. Het emplacement van Blang was bovendien nog altijd moeilijk te bereiken. De spoorbaan kon het emplacement niet bereiken wegens den overgang over de Kroëng Ning, vroeger een zijtak van de Kroëng Daroe, tusschen Ketapan Doewa en Blangde aanleg van den straalweg werd bemoeilijkt door het ongunstige sawahterrein. In verband met den tragen voortgang van den spoorwegbouw, ook al een gevolg van het niet aanwezig zijn van een voldoenden voorraad rollend materieel, waarmede gewoekerd moest worden, om alle werken aan den gang te houden en tegelijk de benoodigde grind voor den ballast van de spoorbaan, rails en dwarsliggers aan te voeren, werd door den Eerstaanwezend Genieofficier voorgesteld een Decauville-baan aan te leggen tusschen O'.ah-leh en Blang, ten einde daarvan ook gebruik te maken bij het oprichten van Lamdjamoe. De Civiele en Militaire Gouverneur kon zich echter met dit voorstel niet vereenigen; de oprichting van Blang en Lamdjamoe moest dus wachten, totdat de spoorbaan zoover gereed was, dat daarvan voor die posten gebruik kon worden gemaakt. Op den 26en Januari was de spoorbaan zoover gevorderd, dat de oprichting van Blang kon plaats hebben. De voorbereidende maat regelen waren daartoe te Oleh-leh en Rota Radja genomen, de wagens werden op den 25™ reeds zooveel mogelijk opgeladen en te Oleh-leh en Rota Radja gestationneerd en den 26en had de oprichting der versterking Blang plaats. De bezetting kwam in tijdelijke gebouwen (Chineesche barakken) on der dak; de palissadeering bereikte eene hoogte van 1.40 tot 1.70 M. 12. Oprichting van Lamdjamoe. Op den len December werd door den Eerstaanwezend Genie officier het emplacement van deze versterkiug, dat globaal door den 1887, Dl. II. 2

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 26