308
33. Palissadeering met bastionsbanket en versperring.
Behalve de versterking Kota-Pohama leveren alle palissadeeringen
tegen het vuur van achterlaadgeweren eene volkomen dekking op
De beide soorten, die op Atjeh zijn toegepast, worden onderscheiden
met de namen: staande en liggende palissadeering. (Ij
De staande palissadeering, voorgesteld op Plaat II, fig. 8 en 9, be
staat uit vakken van 1 M. breedte; de palissaden hangen aan twee
ijzeren staven, die in de hoofdstijlen hun steunpunten vinden. De
hoofdstjjlen staan 1 M. in den grond; hun vaste stand is. waar de
grondsoort dit vorderde, door scheien verzekerdvoor do afmetingen
en verdere details wordt verwezen naar de bovenvermelde figuren
en naar fig. 10, waar ook een barrièredeur is voorgesteld.
De liggende palissadeering bestaat uit hoofdstijlen van 10 op 20 cM.
zwaarte, met de smalle zijde naar de binnen- en buitenzijde geplaatst
op 4 M. afstand, welke 1 M. in den grond staan; tegen de
breede zijde zijn aan weerskanten twee ribben gespijkerd, zwaar 5/5
cM., waardoor een sponning van 5 cM. diepte ontstaat, waarin de
liggende palissaden, eveneens zwaar 10 op 20 cM. en 4 M. lang, wor
den opgestapeld.
Over het algemeen heeft dn laatste soort te Atjeh beter voldaan, dan
de eerste; ze heeft twee groote voordeelen boven de eerstvermelde
lo. levert zij spoediger een voldoende gedekte stelling op;
2o. kan men, bij voorkomende beschadigingen of defecten, de lig
gende palissaden gemakkelijker vervangen.
De vakken staande palissaden moeten, om den tijdroovenden arbeid
van het aanrijgen op het terrein te vermijden, in hun geheel wor
den vervoerd en zijn door hun zwaarte (een vak weegt 210 KG.)
vrij onhandelbaar bij het stellen. Bjj het verwisselen wordt in de pa
lissade een gleuf gekapt, welke na het afhangen met een vulstuk ge
sloten wordtdie herstelling gaat met houtverlies gepaard en verzwakt
dus de palissade.
Bij de liggende palissadeering worden de platen één voor één ver
wijderd, de beschadigde plaat verwisseld en de uitgenomen palissaden
(1) De palissadeering van Kota-Pohama zal hier niet verder worden omschreven,
daar ze voor verdere toepassing geen aanbeveling verdient; ze werd op Kota-I>oham;l
gebruikt, omdat daar geen ot' weinig vuur verwacht werd.