823 lu de ateliers werden in dien tusschentijd de palissadeeringen en bastions, banketten en geraamten der gebouwen zooveel mogelijk gesorteerd, gereedgemaakt en verzameldvooral voor de posten, die geheel op Atjeh werden gereedgemaakt, veroorzaakte dit veel werk. Was de dag van oprichting eenmaal vastgesteld, dan werden alle voorzorgen en maatregelen genomen, om de versterking op dien dag zoodanig in te richten dat de bezetting, voldoende beschermd, onder dak kon worden gebracht. Yooral voor de posten in de XXYI Moekims was die regeling moeilijk, omdat de communicatiën daarheen nog zeer onvoldoende waren. De belangrijke diensten, die daarbij bewezen werden door het Decauville-materieel en de Chineesche barakken, welke tot voor- loopig logies der bezetting, enz. werden gebezigd, kunnen bij do uitvoering van dergelijke werken niet genoeg gewaardeerd worden. In fig. 12 van Plaat III is een schets gegeven van een Decauville- wagentje met stortbak. Wanneer bij het vervoer van de houtwerken het aantal daarvoor bestemde platte wagens niet voldoende was, werden de bakken verwijderd, de beugels weggenomen en op het raam de hout werken vervoerdde treinen, die met die wagentjes werden gevormd, bestonden dikwijls uit 20 en meer wagentjes. Yoor elk wagentje werden 4 dwangarbeiders beschikbaar gesteld. Op den 29eu September werden met dit materieel van Oleh-Karang naar Roempit o. a. 120,000 KG. geniegoederen en bovendien de vivres voor de bezetting opgevoerd. Yoor het leggen van J paal rails werden gevorderd aan arbeids krachten 1 Europ. geniewerkman, 2 mandoors en 80 dwangar beiders; het werk was dan in 8 uren voltooid. Voor het vervoer van houtwerken werd de besparing aan arbeid, als de lijn pas gelegd was en dus geen herstel gedurende het vervoer vorderde, op 80 a 90°/0 geschat. De Atjehers roofden in den beginne gewoonlijk de rechte stukken, later geregeld bocht- en wisselstukken van de baan. Men beweert, dat het uitstekende staal der platte verbindingstukken materiaal voor hunne klewangs opleverde. De stukken rails hebben eene lengte van 5 M. en kunnen bij het zoogenaamde lichte materieel (0.50 M. spoorwijdte) door één persoon worden gedragen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 332