480 "Wij voegen daaraan de volgende beknopte beschrijving toe, welke wij ontleenen aan het Militair Blad N°. 16 van dit jaar. De velduitrustingmodel 1887, bestaat uitden draagtoestel, den ransel, den ranselzak, den koppelde patroontasschen, den eetketel, Aen broodzak, de veldflesch, het pioniergereedschap en den helm. 1. De draagtoestel. Bij den nieuwen ransel is de zoogenaamde draagtoestel (Tragegerüst) eene samenvoeging van ranseldraagriemen, hulpdraagriemen en een rug- genstukingevoerd. De eigenlijke draagriemen zijn op de schouders, evenals vroeger, 5 cM. breed, worden echter naar voren aanmerkelijk smaller en eindigen elk in een messingen haak, waarmede zij vast gemaakt kunnen worden aan een oog, aangebracht aan den achterkant der beide voorste patroontasschen, welke aan den koppel hangen. Op het midden van den rug zijn de beide draagriemen verbonden door een knoop, waaraan tevens het ruggenstuk hangt, dat 26 cM. lang is en eveneens eindigt in een messingen haak, die onder den koppel grijpt, en waaraan een derde patroontasch hangt. Door de invoering van dezen toestel, waarvan de inrichting uit de hierbij gevoegde figuren is op te maken, is het mogelijk geworden het gewicht van de bepakking van den soldaat zoowel op de heupen als op het kruis over te brengen. Aan dezen draagtoestel nu wordt de ransel door de ranselpin bevestigd. Bij een volledig marschtenue rust alzoo het gewicht van den ransel gedeeltelijk op de schouders en wordt het gedeeltelijk gestut door de, tegen den onderkant van den ransel hangende, derde patroontasch, gevuld met 40 patronen, terwijl de voorste draagriemen aan de elk met 30 patronen gevulde patroontasschen bevestigd zijn. 2. De r a n s e 1. In den lederen ransel, die thans iets kleiner is dan het vorige model, bevindt zich een houten kastje (gevormd door plankjes van 5 mM. dikte), buitenwerks breed 30 cM., diep, van boven 4i en van onderen 8-| cM. (om het zwaartepunt op de lendenen te laten vallen), en hoog 31 of 34 cM. (voor manschappen met bijzonder groote voeten kan de hoogte nog meer genomen worden). Hierin worden de hemden, onderbroeken, paren sokken, rijgschoenen, borstels, poets- en naaigereedschap, zakboekje en gezangenboek gepakt. Draagt de man de rijgschoenen op marsch, dan worden de tegen elkaar gelegde hooge laarzen geborgen onder de ranselklep, die uitsluitend voor dit doel iets langer is gemaakt. Om de smalle zijden van den ransel wordt de vlak toegevouwen (niet

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 489