192 „gekweten, dat ik ken in 't bijzonder meen te moeten aanbevelen. „Generaal Lockbart's voordracht wordt door mij in haar geheel „overgenomen. Het zal zeker velen genoegen doen te zien dat een Ned.-Indisch officier, die de eer heeft gehad onder zulk een generaal te dienen, zich diens tevredenheid en lof heeft weten te verwerven. Het treft ons hoe, bij het toekennen van onderscheidingen, tevreden heidsbetuigingen, enz. bij het Britsch-Indische leger op geheel andere wijze wordt te werk gegaan als bij ons. Terwijl deze zaak ten onzent met de grootste geheimhouding wordt behandeld, zien wij bij onze naburen de voordrachten, nog voordat daarop door de Koningin-keizerin is beschikt, reeds in haar geheel van regeeringswege gepubliceerd. Ieder officier kan dus aanstonds zien of en waarvoor hij zich de bijzondere tevredenheid van zijn onmiddellijken chef heeft verworven en of de hoogste chef, de Opperbevelhebber, die meening heeft gedeeld en hij dus aan de Koningin is voorgedragen; zoodat, wanneer al zijn naam van de eind- voordracht mocht worden geschrapt want lang niet alle geroepenen zijn uitverkoren hem toch de voldoening blijft van door zijn eigen chef, op wiens oordeel hij zeker het meeste prijs behoort te stellen, openlijk eene onderscheiding te zijn waardig verklaard. In dit stelsel van onbeperkte publiciteit ligt o. i. een groote waarborg voor billijkheid; want niet licht zal een chef het wagen, gunstelingen te bevoorrechten of anderen achteruit te stellen, wanneer hij weet dat onmiddellijk na de expeditie, dus wanneer al het voorgevallene nog versch in het geheugen ligt, zijne voordracht, met de commentaren daarop van den Opperbevelhebber, aan de algemeene beoordeeling wordt over gegeven. Ook uitersten, als waarbij b. v. nagenoeg hel geheele officiers korps eener expeditie wordt voorgedragen, of waarbij de chefs zich zeiven alle eer toekennen, zullen worden voorkomen door den heilzamen invloed der vrees voor publiciteit. Het reclameeren eener onderscheiding, dat bij ons geoorloofd is, kent men daarentegen in Britsch-Indië niet. De waarborgen, die de open baarmaking der rapporten schenkt, maken eene dergelijke rectificatie op de voordrachten der chefs, welke bij ons dikwijls vele jaren later nog stapels schrijfwerk in 't leven roept, echter ook minder noodig.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1887 | | pagina 201