582
het onbedekte hoofd komt weinig voor en wordt buiten beschouwing
gelatende warmteberoerte (Hitzsehlag) daarentegen in 't Iiollandsch
veelal eveneens zonnesteek genaamd - is door haar veelvuldig optreden
van zooveel te meer belang.
De warmteberoerte ontstaat tengevolge eener zoodanige wanverhouding
tussehon de warmte die het lichaam opneemt, en die welke het afgeeft"
dat de lichaamstemperatuur abnormaal hoog wordt.
Deze wanverhouding moet een gevolg zijn öf van eene buitengewone
verhitting van het lichaam, die, langs de gewone wegen waardoor het
organisme zijn warmte naar buiten afgeeft, niet meer kan gecompenseerd
wordeD, öf van een belemmerde uitstraling.
Bij marcheerende infanteristen wordt de lichaamstemperatuur verhoogd
le. Door de spierwerking.
26 Door de warmte, van buiten opgenomen. H. berekent dat een
Pruisisch infanterist, in veldtenue met 35 Kilogram bepakking één uur
marcheerende, ruim 100 caloriën warmte méér voortbrengt dan een vol
wassen rustend mensch in dienzelfden tijd. Deze warmtehoeveelheid is
voldoende, om de temperatuur van 100 liter water 3° C. te doen stijgen.
De voornaamste warmtebron van buiten vormt het blootgesteld zijn
aan de directe inwerking der zonnestralen, welke vooral aanmerkelijk is,
wanneer dit, gelijk op onbegroeid terrein, gelijkmatig en onafgebroken
plaats vindt.
De temperatuur der lucht kan alleen dan, wanneer zij hooger is dan
die van het bloed, als warmtebron in aanmerking komen, daar zij in het
tegenovergestelde geval slechts verkoelend werken kan.
Van de organen, door welke het lichaam warmte afgeeft, is de huid het
voornaamste (77.5 - 85%). Gedeeltelijk geschiedt dit warmteverlies
van de huid door uitstraling en geleiding, gedeeltelijk door warmtever-
damping.
De afgifte van warmte wordt ten zeerste belemmerd door de kleedino-
De geleiding en uitstraling worden door haar in tropische klimaten niet
alleen tot nul gereduceerd, maar zij wordt in het open veld, verhit door de
onmiddellijke bestraling der zon, een nieuwe warmtebron voor het lichaam
Het geheele warmteverlies langs de huid, wat dus door de verdamping
van het zweet geschieden moet, wordt door de kleeding belemmerd en
heeft 3 tot 4 maal langzamer plaats.
De luchtverversing wordt door de kleeding eveneens 3 tot 4 maal
verminderd.
Hieruit volgt dat geregeld toedienen van dranken en doelmatige klee-