124
Sen, zonder in de zoo talrijke details af te dalen, om daarna meer
bijzonder de hoogst practische kleeding te velde te beschouwen.
In het algemeen is de kleeding zeer net en smaakvol van kleur
en snit; omtrent de zeer verscheideu kleur en uitmonstering wordt
verwezen naar het opstel van den kapitein W. C. Nieuwenhuijzen
in het Indisch Militair Tijdschrift van 1885 en 188(1.
De helder roode kleur van wapenrokken en tuniques der Infanterie
staat bijzonder goedde donkere pantalon is bij de Schotsche korp
sen geruit, terwijl de Highlanders de nationale beenbeklceding be
houden hebben.
Enkele korpsen, als de Goorkha's, zijn geheel in het groen gekleed
andere, als de Belooche's, hebben groene tuniques en roode Zouaven-
pantalons, die hen uitstekend kleeden. De overjas is van donker
blauwe kleur.
De wapenrok verschilt in vorm hoofdzakelijk van de tunique, door
dat de eerste eene taille, uitmonsteringsbiezen en uitmonsteringslaken
op de kraag heet'r. De lengte van beide kleedingstukken is bij de
Infanterie als die onzer zoogenaamde Atjehjassen. waarmede de
tunique veel overeenkomst heeft. Zij hebben beide eene enkele borst en
worden met ééne rij knoopen en aan den hals met haak en oog gesloten.
De pantalons hebben vrij nauwe pijpen.
De helmhoed is wit van kleur met een katoenen band, meestal
wit doch somtijds gekleurd, welke kan worden afgenomen en ook
dient om het doordringen der zonnewarmte te beletten. De randen
steken op zijde en van achteren ver uit, zoodat de nek goed beschut
is. Een messingen stormketting wordt in schuine richting voorlangs
den hoed opgehangen, terwijl zich verder op den top een eenvoudig
messingen versiersel, voor de Infanterie van puntigen, voor de Artil
lerie van ronden vorm, bevindt, dat kan worden afgenomen. De
hoed kan met pijpaarde gewit worden.
Deze kleeding wordt door Britsche en Inlandsche troepen gedragen
bij regiments-exercitiën de wapenrok meer bijzonder bij parades
bij wandelingen en in het algemeen in het koude jaargetijde of de
koele klimaten.
De kwartiermuts, die voor de Infanterie nagenoeg denzelfden vorm
heeft als die van het Nederlandsch-Indische leger, doch zonder linten,