137 - aan den zadel twee poetszakken, een mondzak en twee zakjes tot berging van hoefijzers. Onder den zadel werd slechts eene vilten schabrak gebruikt; de paardedeken bevond zich bij de bagage. Ge middeld kan het gewicht, dat het paard der Inlandsche Cavalerie in marschtenue te dragen heeft, op 225 E. t£ gesteld worden. De harnacheinenten voor Bereden Infanterie moesten gedurende den veldtocht gekocht of aangemaakt worden en waren ten dcelc zeer primitief. Gaandeweg kwamen de Britsche manschappen allen in bezit van bruikbare hoofdstellen, zadels zonder poetszakken en vilten schabraks, doch de kwaliteit en duurzaamheid van een en ander lieten nog veel te wenschen over. De hoofdstellen van de ponies der Inlanders waren echter zeer gebrekkig en van allerlei vorm, met en zonder, stangen, met dubbele en enkele trensen, enz.; bij gebrek aan lederen zadels was bovendien eene soort van zadel van dik linnen aangemaakt, dik genoeg opgevuld om zonder schabrak te kuDnen worden gebruikt, maar weinig duurzaam. Het was voor zien van twee linnen poetszakken, terwijl twee dekens en een vel water proof zoo noodig achter den man konden worden vastgebonden, zoodat b. v. bij escorte-diensten geen transportmiddelen vereischt werden. Voor alle ponies der Bereden Infanterie werd een deken in den bagagetrein medegevoerd. Wat het dragen der wapens door de Cavalerie betreft, viel de doelmatigheid der op blz. 134 beschreven inrichting, waarbij de karabijn den ruiter in snelle gangen niet in het minst hinderde, bijzonder in het oog. Yooral bij het rijden in moeiehjk terrein brakeo door het vallen der paarden herhaaldelijk karabijnen in den van den zadel afhangenden schoen. In goed terrein was deze schoen echter zeer doelmatig, daar de karabijn in draf en galop noch voor den ruiter, noch voor het paard hinderlijk was; ook bij de Madras- Cavaierie werd dan ook de karabijn op marsch gewoonlijk in den schoen gedragen. Nuttig was ook de schoen ter linkerzijde van den zadel, waarin de ruiter zeer gemakkelijk de sabel met scheede kon steken, hetgeen steeds geschiedde, hetzij wanneer tot het gevecht te voet werd over gegaan, hetzij de ruiter afsteeg, om het paard tijdelijk aan de hand te leiden.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 150