4 het meeste nut zouden zijn, werden respectievelijk op eene sterkte van 4 Regimenten eri van 825 man j1/., Europeanen en 2/3 In landers) gebracht. Tot de feitelijke occupatie van het geheele binnenland werd thans overgegaan, onophoudelijk doorkruisten colonnes het in alle richtingen en overal werden versterkte posten opgericht. Waar de benden zich vertoonden, werden zij met energie vervolgd en vernietigd; aan de bevolking werd ontzag ingeboezemd en daadwerkelijke bescherming verleend, waar zij deze behoefde, en reeds na eenige maanden waren de groote benden meerendeels in kleinere troepjes opgelost, tal van invloedrijke hoofden gedood en was het gevaar voor een algemeenen opstand geweken. Zonder onderling verband trachtten da kleinere benden nog steeds hun bedrijf voort te zetten, voornamelijk ten koste der vreedzame bevolking, doen aanvallen op Britsche troepen en transporten, aanvallen en beschietingen van posten kwamen gaandeweg minder voor en hadden hun vroeger ernstig karakter bijna geheel verloren. Zoo ontwikkelde zich de toestand, ook gedurende mijn verblijf in Opper-Burma geleidelijk verbeterende. Inmiddels was reeds door de Britsch-Indische regeering besloten, eene sterke gewapende politiemacht ten getale van 18000 man te organiseeren, aan welke gaandeweg de taak van het tegengaan der rooverijen op kleinere schaal zoude worden opgedragen. Toen ik op 20 Januari 1887 te Rangoon aankwam, was de aanwerving dier politiemacht, zoowel onder de Inlandsche troepen als onder de bevolking vooral van Panjab, Bengal en Bombay, alsook onder de bevolking van Opper-Burma zelve, in vollen gang. Naarmate deze werving tot het gewenschte resultaat zoude voeren, zoude in Maart een begin worden gemaakt met het terugzenden van troepen, o. a. ook van het grootste deel der Cavalerie, naar Vóór-Indië. Later werd echter besloten de Cavalerie, met het oog op den moreelen invloed door haar uit geoefend, voorloopig in haar geheel aan te houden. Het is hier de plaats te wijzen op de energie, waarmede, behalve de wapens, ook al dadelijk audere hulpmiddelen ter pacificatie en ontwikkeling van het land werden te baat genomen. Schoon bij mijne aankomst de annexatie eerst sedert ruim één jaar had plaats gehad, was aan de stoomvaart op de Irrawaddy- en Chindwin- rivieren reeds

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 17