190
Bijlage F.
Extract (1) uit een „Memorandum voor de officieren,
„commandeerende te Nyingyan, Yemethen,
„Yindaw en Hlinedet."
Posten. 1. In geen geval zullen posten worden opgericht zon
der voorkennis en goedkeuring van den commandant
der 3e brigade.
Uitzenden van 2. Bij alle aanvragen om uitzending van troepen van
troepenenz. de zijde der civiele autoriteiten moet de commandeeren
de officier ten volle al de omstandigheden, daarop be
trekking hebbende, overwegen en moet liij beslissen, of
de troep zal uitgaan, de sterkte, enz. Steeds moeten
vivres voor één dag worden medegevoerd.
N. B. Zwakke afdeelingen zijn niet aan te bevelen.
Dorpen en 3. Bij de tochten zullen geen dorpen worden verbrand
huizen. door de troepen, tenzij op schriftelijke aanvrage van
den verantwoordelijken civielen ambtenaar.
Gevangenen. 4. Alle gevangenen moeten aan het civiel bestuur
worden overgegeven.
Veroverde. 5. Alle veroverde wapens moeten aan den stafofficier
wapens, worden overgegeven, terwijl een rapport, bevattende
omschrijving, enz. der wapens, aan den chef van den
staf der 3e brigade moet worden ingezonden, waarna
daarover zal worden beschikt. Terughouding van
wapens, enz. door officieren is verboden.
Buitgemaakte 6. Alle paarden en runderen, in beslag genomen,
dieren. moeten aan de Intendance of het transportwezen worden
afgegeven tegen ontvangstbewijs.
N. B. Eene lijst van buitgemaakte wapens en dieren
moet den len van iedere maand aan den chef van den
staf der 3° brigade worden ingezonden.
Opruiming van 14. De rimboe rondom iederen post is door de zorg
terrein rond der „openbare werken" tot op een afstand van 100
(1) Eenigo punten van zuiver huishoudelijken aard zijn achterwege gelaten.