8 sommige tot 7000 voet eo meer. De heuvels zijn op enkele plaat ten zeer steil, veelal rotsachtig en met bamboe of bosch begroeid; tusschen de Irrawaddy en de Sittang was deze begroeiing vrij schaarsch. In de vruchtbare vlakten vindt men uitgestrekte teak- bosschen en kleinere bebouwde velden, meestal rijstvelden, te mid den van onbebouwde, schaars met kreupel- of opgaand loofhout be groeide streken. Over het algemeen is de bodem hoog, moerassen worden slechts op weinige punten aangetroffen. Tal van landwegen, grootendeels zware zandwegen, geschikt voor Inlandsche karren, door snijden deze vlaktenverder treft men er een groot aantal, voor lastdieren geschikte voetpaden aan, die ook over de heuvelreeksen voeren. Van het Noorden naar het Zuiden wordt het land doorsneden door de Irrawaddy, de Sittang en de Salween met haar talrijke zijrivieren. Langs de oevers dezer rivieren vindt men vrij breede strooken kyne- of olifantgras, dat tot 4 M. hoogte opschiet, marschen zeer belemmert en hinderlagen in hooge mate bevordert. De kleinere rivieren zijn in het droge jaargetijde grooteudeels droog; de oevers zijn zandig, meestal eenige meters hoog en vrij steilin den regenmoeson groeien de rivieren tot breede, snelle stroomen aan en inundeeren geheele vlakten, die dan voor troepenbewegingen ongeschikt worden en het optreden van dacoit-benden dus zeer begunstigen. De Irrawaddy is het ge heele jaar door voor stoomschepen van 3 a 4 voet diepgang bevaar baar tot Bhamo, zij het ook somtijds met eenige moeielijkhedende Sittang in het droge jaargetijde alleen voor Inlandsche vaartuigen; weinig diepgaande stoomschepen kunnen het geheele jaar de Chind- win, eene zijrivier van de Irrawaddy, ten deele opvaren. Over het algemeen is dus het land voor beweging van troepen en zelfs van Cavalerie zeer geschikt. Terwijl de temperatuur gedurende de maanden November, December, Januari en Februari des nachts daalt tot 45° Fahrenheit in de vlakten en tot beneden het vriespunt op de bergen en over dag niet hooger rijst dan 80° a 85°, zijn de maanden April, Mei en Juni zeer warm; aan de oevers der Irrawaddy steeg de thermometer in April tot 103° in den namiddag en daalde des nachts niet beneden 84°. Vooral voor Europeanen is Opper-Burma ongezond, welke toestand

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 21