-10- in het energiek standhouden in hun stellingen, maar uitsluitend in het toebrengen van verliezen, zonder zelve veel dooden en gewonden te krijgenniet hij, die meester blijft van het gevechtsveld, maar die de minste verliezen lijdt, is in hun oog de overwinnaar. Zij nemen dan ook hunne toevlucht tot hinderlagen, vanwaar zij een salvo op voor bij marcheerende troepen afgeven, om onmiddellijk daarna in de rimboe te verdwijnen; zij vuren des nachts op posten of bivaks, vernielen somtijds telegraaflijnen of wel zij randen een convooi met een zwak escorte te land of op de rivieren aan met het doel om te plunderen somtijds vallen zij plotseling in grooten getale een afgelegen post aanbij al die verrichtingen mikken zij steeds op de officieren, van welke een groot aantal gesneuveld en gewond is. Hoofdzakelijk echter zijn hun handelingen gericht tegen de vreedzame dorpsbewoners, die zij berooven en somtijds wreedaardig mishandelen, en trachten zij, door zich in de heuvels te verspreiden, Britsche troepen te ontwijken Slechts zelden verdedigden zij hun stellingen met klem, doch ont ruimden die veelal zoodra de Britsche troepen tot den aanval overgingen. Ook in de versterkingskunst hebben zij het niet ver gebracht. Eene zeer beknopte beschrijving van eenige typen zal, naar ik vermeen, voor het doel voldoende geacht kunnen worden. De beste versterking der Burmanen was ongetwijfeld Mandalay, nl. de eigenlijke city. Eene 6 M. hooge, dikke steenen muur met voorliggende gracht, ter breedte van 60 M. en ondoorwaadbaar, en achterliggende aarden wal vormt een vierkant van 2000 M. zijde. De muur is niet geflankeerd talrijke wachthuizen steken echter daarboven uit ter bewaking van de berm en de gracht. A.an iedere zijde van het vierkant voeren eene of meer bruggen over de gracht tot de breede berm, waarop zijwaarts van de bruggen zware steenen traversen zijn geplaatst, welke de achterliggende doorgangen en de zware houten poorten, welke deze afsluiten, volkomen tegen vuur dekken. In het midden dezer enceinte ligt het paleis, een vierkant van 500 M. zijde, omgeven door eene 5 M. hooge palissadeering van zware teakstammen, eveneens zonder flankement. Na de bezet ting door de Britsche troepen zijn tamboers aangebracht tot flan- keeriug. Eenige der overige grootere plaatsen van degene die ik zag

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 23