238
toestand, dat nagenoeg elk eeoigszins bruikbaar soldaat, zoodra hij
beschikbaar komt, onmiddellijk naar Atjeh wordt gezonden.
Atjeh.
Omtrent Atjeh bepaalt het Yoorloopig Yerslag zich tot het stellen
van eenige vragen. Het zegt:
„Te midden van onderscheidene belangrijke mededeelingen omtrent
Atjeh leest men op blz. 4 van het Koloniaal Yerslag: „„Ten aan-
„„zien van onze verhouding met de verschillende hoofden buiten de
„„linie valt niet veel mede te deelen."" In verband hiermede werd
gevraagd, welke uitkomsten tot dusver door het stelsel van concen
tratie tot bevestiging der Nederlandsche souvereiniteit over Groot-Atjeh
verkregen zijn, en welke verwachtingen de Minister voor de toe
komst van dat stelsel koestert. Zal het de opgewondenheid der
bevolking, die uit den aard der zaak nog altijd veel grooter is dan
een tiental jaren geleden, op den duur voor een kalmer stemming-
vermogen te doen plaats maken F Kan de Minister wellicht eenige
mededeeliog doen omtrent eventueele plannen tot herstel van een
door de bevolking geëerbiedigd en jegens Nederland niet vijandig
Inlandsch gezag F
„Door eenige leden werd de meening ontwikkeld, dat de tegen
woordige geconcentreerde linie nog veel te uitgebreid was, en dat men
in het aangenomen stelsel beter zou doen zich te bepalen tot het
bezet houden van enkele forten, met de noodige kruisers ter beteu
geling van zeeroof. Daaraan werd de vraag vastgehecht, of de Minister
in de bestaande concentratie het uiterste zag waartoe men gaan kon,
dan wel tot nog verdere samentrekking gezind was.
„Hierbij werd opgemerkt, dat wanneer de tegenwoordige staat
kunde ten opzichte van Atjeh te eeniger tijd mocht worden verlaten,
het van niet minder groot belang zou zijn eene krachtige en in allen
deele voor hare taak berekende zee- en landmacht te bezitten."
Ten slotte wordt opgave gevraagd der kosten van den Atjeh-
oorlog.
De vragen over de geconcentreerde stelling worden als volgt beantwoord:
„Het doel van de concentratie in Atjeh was om bij de handhaving
van onze vestiging aldaar de krachtsverspilling en de zware en geheel