227 mogelijk is, zal, beter dan thans, in beoordeeling kunnen worden ge nomen na afloop van het onderzoek naar de middelen tot verdedi ging der voornaamste havens van Java. Vr. Staat de keuze der plaats van het op te richten remonte depot in de Preanger Regentschappen, in verband met een plan om de cavalerie met Preangerpaarden te remonteeren Antw. Reen. Men weuscht hoofdzakelijk zoogenaamde overwalsche paarden in het depot op te nemen, voornamelijk aan te voeren van Makassar en Sandelhout-eiland. Blijken geschikte exemplaren ou der de Preangerpaarden verkrijgbaar te zijn, dan zullen natuurlijk deze niet uitgesloten worden. Vr. Bestaat het voornemen bij de reorganisatie van het leger de genietroepen uit te breiden? Antw. Neen; daartoe zijn geen voorstellen door het legerbe stuur gedaan. De voorgenomen reorganisatie betreft alleen de infanterie. Vr. Met nadruk werd gewezen op de noodzakelijkheid eener herziening der bepalingen betreffende desertie van militairen. Blijkens het Koloniaal Verslag zijn in 1886 niet minder dan 605 Inlanders als deserteurs uit de sterkte gevoerd. Antw. Met de Indische Regeering zal daarover in overleg wor den getreden. Vr. Is het ration brood voor den soldaat niet te gering? Antw. Er wordt in Indië niet aan getwijfeld dat het vastgesteld ration brood voor den Europeescheu soldaat geheel voldoende is. Vr. Is de voorgestelde tijdelijke uitbreiding der legerformatie naar de overtuiging der Regeering voldoende om aan het leger de uoodige sterkte te verschaffen ter vervulling zijner taak, ook tegenover Atjeh; of zal in het vervolg nog grooter uitbreiding noodig blijken? Antw. De Regeering heeft geen reden om te meenen dat eene nog belangrijk grootere uitbreiding der legerformatie dan uit de uitgetrokken gelden bekostigd kan wordenin het vervolg noodig zal blijken. Vr. Kan, nu de te Harderwijk aangeworven manschappen steeds spoedig naar Indië wo'rden gezonden en bovendien de afmonstering der uit Indië terugkeerende militairen niet meer op die plaats geschiedt,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 252