12
en 1881 met zooveel vrucht in Groot-Atjeh toegepast, en dat ook in
Opper-Burma in korten tijd schitterende resultaten heeft afgeworpen.
Het geheele land werd afgescheiden van de civiele indeeling en
niet altijd daarmede overeenstemmende verdeeld in militaire dis
tricten, die door eene zekere troepenmacht, tot eene brigade vereenigd,
geoccupeerd werden, terwijl bovendien voor de veiligheid op de Irrawad-
dy eenige stoomsloopen der marine op die rivier gestationneerd werden.
De taak der brigade-commandanten, tot welker vervulling hun grooto
vrijheid van haudelen werd gelaten, was pacificatie van hun district,
te verkrijgen door eindelooze patrouilleeringen, tot opsporing der dacoit-
benden, tegen welke steeds aanvallend moest worden opgetreden, en
door het oprichten van talrijke kleine posten, op korten afstand (1
a 2 dagmarschen) van elkander gelegen.
Het doel, dat de uitgezonden colonnes moesten trachten te bereiken,
was niet alleen het uiteendrijven der benden en het vernielen hunner
schuilplaatsen en voorraden, maar meer nog het vernietigen der dacoits
en het doodeti of gevangen nemen der hoofden; hiertoe werd steeds
zooveel doenlijk geheimhouding der voorgenomen bewegingen betracht,
werden nachtmarschen, overrompelingen in de vroege morgenuren
en omtrekkende bewegingen toegepast en werd steeds besluitvaardig
tot den aanval overgegaan. De Cavalerie en Bereden Infanterie wa
ren van het meeste nut, omdat zij door lange en snelle marschen de
benden konden verrassende groote inoreele indruk, dien de Cava
lerie steeds teweegbracht, moet ten deele worden toegeschreven aan
de groote paarden, die in Burma, waar het paardenras niet grootcr
is dan in onze koloniën, eene nieuwe en gevreesde verschijning wa
ren ook bleek de lans, waaraan de dacoits nimmer konden ontko
men, tenzij dichte rimboe hun het verdwijnen mogelijk maakte, hier
weder een zeer geducht wapen te zijn.
De posten, over het geheele land verspreid, moesten verder hoofd
zakelijk dienen, zoowel om al die colonnes voortdurend te approvi-
andeeren, als om op ieder gewild oogenblik patrouilles in alle rich
tingen te kunnen uitzenden tot opsporing en vernietiging van kleine
benden.
Met groote strengheid werd tegen de dacoits opgetredenzij, die
niet in den strijd werden gedood, maar zich gevangen gaven, werden