235
„Do heer Pareau heeft onlangs, in de Yereeniging ter bevordering
van de krijgswetenschap, over deze zaak belangrijke beschouwingen
medegedeeld, welke, naar ik hoop en verwacht, de aandacht van den
Minister niet zullen ontgaan.
De heer Sprenger van EijkMinister van Koloniën: „Mijnheer
de Voorzitter! De legercommandant was zeer stellig in zijne verkla
ring. en die berustte ook op onderzoek, wel niet langs denzelfden
wetenschappelijken weg als in Europa is geschied door Moleschott
en andere autoriteiten, hoedanige in Indië niet aanwezig waren, maar
langs empirischen weg. Trouwens, geheel zonder bruikbare gegevens
was men in Indië niet. Men kende de voedingswaarde van artikelen,
die ook in Europa gebruikt worden, en een zóó laag cijfer aanne
mende voor de overige artikelen dat het totaal zeker niet te hoog
was, kwam men tot de conclusie dat de Indische voedingstarieven
de vergelijking met de Europoesche zeer goed konden doorstaan.
„Wat. men aan wetenschappelijk onderzoek te kort kwam in Indië,
zal men nu vermoedelijk kunnen verkrijgen, als geld is toegestaan
voor personen, speciaal belast met wetenschappelijke ondetzoekingen
ook op 't gebied der hygiëne.
„Wat betreft de redevoering, door dr. Pareau gehouden, daarvan
heb ik alleen door een kort overzicht in de couranten kennis kunnen
nemen. Ik meen echter dat de redevoering in extenso zal worden
gedrukt, en ik twijfel niet of de gegevens, die daarin voorkomen,
zullen de aandacht van het Indisch legerbestuur alleszins verdienen.
„Overigens wordt van alles wat betrekking heeft op de voeding
steeds notitie genomen.
De heer Kielstra: „Naar aanleiding van hetgeen de Minister
mededeelde wil ik er nog slechts de aandacht op vestigen dat men
thans niet weet wat de Indische soldaat aan voedingsstoffen noodig
heeft, maar wanneer men de Europeesche voedingscijfers als norm
aanneemt, dan komt, volgens de mededeeling van den heer Pareau,
onze Indische soldaat circa 20 pet. aan eiwit te hort. Daarom acht
ik het zeer noodig, dat de quaestie der voeding ten spoedigste nog
nader wordt onderzocht. (1)
(1) Zie over „voeding aan boord" hierachter blz. 245 en volgg.