- 242 Wie onzer herinnert zich niet meer den treurigen iudruk, dien ■wij ontvingen, toen wij voor het eerst kennismaakten met dien chaos van mannen, vrouwen en kinderen, soms afgewisseld door eenige dwangarbeiders, half gekleed op en door elkaar liggende in de onmiddellijke nabijheid van het achterdek, 's morgens in de vroegte weggespoeld door de matrozen, die het dek schrobden en over dag zonder gelegenheid om zich eens af te zonderen of uit te wijken voor de zeezieke vrouwen of de schreeuwende kinderen. Ik geloof dat bijna iedereen het met mij eens zal zijn, dat deze ordelooze bende meer heeft van een troep bedelaars of lieden zonder middelen van bestaan, die het land uitgezet worden, dan van sol daten van het Ned.-Indische leger, die, soms op weg naar het oorlogsterrein, hun goed en bloed weldra veil zullen hebben voor de eer der Nederlandsche vlag. Het reglement geeft den passagiers vierde klasse recht opeen geschikte ligplaatshetzij tusschendeks of hij korte reizenmits be hoorlijk tegen de zonregen en wind beschutbovendeks. Deze bepaling is voor het tweede gedeelte uitgebreider en nauw keuriger dan die bij de passagiers 3e klasse, maar dat zij daarom beter zoude zijn, is slechts schijubaar. Wat zijn b.v. korte reizen Vergeleken met de reis om de wereld zijn alle reizen in Indië zeer kort, vergelijkt men ze daarentegen met de reis van Amsterdam naar Kampen alle zeer lang. Ik voor mij geloof dat de Ned.-In- dische Stoomvaartmaatschappij de eerste vergelijking tot de hare heeft gemaakt, ten minste nog altijd heb ik den armen Javaan met zijn ge zin op het dek zien huizen. Ook de bepaling dat de ligplaats tegen regen en zon gedekt moet zijn, geeft niet veel waarborg, want een dek van een schip is eigenlijk gezegd nooit tegen regen beschut. Zelfs als alle zeilen dicht zijn, is de atmosfeer bij regen zoo vochtig door het binnenstuivende water, dat weldra alles met een laag vocht is over dekt. Wat beschermt bovendien den dekpassagier tegen zoogenaam de overslaande zeetjes en tegen den guren nachtwind? Immers niets. De regeling is daarom zooveel te vreemder, omdat het algemeen bekend is, dat het volstrekt niet in de gewoonte van den Inlander ligt, om 's nachts in de open lucht te slapen. Zoo ziet men Inlanders in de kazerne 's nachts zelfs onder in plaats van op de slaaptafels

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 267