door hen naar aanleiding van de hun verstrekte opdracht genomen,
schriftelijk aan den Divisiecommandant mededeelen.
Het oprukken of verzamelen der troepen uit de kantonnementen ge
schiedt zoodanig, dat onnoodig heen en weer marcheeren vermeden wordt.
Bjj het bepalen van het concentratiepunt geeft de Brigadecomman
dant ook de plaats aan, waar hij zich op het uur van verzameling
zal bevinden. Hij ontvangt daar de laatste rapporten der voorposten,
alsook de dagelijksche rapporten der commandanten van de onder
deden der Brigade, en geeft vervolgens de noodige bevelen tot
den afmarsch.
Tenzij andere bevelen zijn gegeven, verzamelen de voorposten zich
op last van hun commandant, zoodra de voorhoede der Brigade de
postenketen is doorgetrokkenen sluiten aan den staart der hoofd
colonne aan.
Het doel van het artillerievuur wordt aangeduid door een vlag,
waarvan de eene helft rood en de andere wit is. Bij vuur tegen
artillerie wordt de roode, bij vuur tegen infanterie de witte strook
der vlag naar boven gehouden.
Wanneer bij de oefening een misslag plaats heeft, waardoor het dool
zou kunnen gemist worden, laat de Leider „Geeft acht" blazen, welk
signaal terstond bij alle troepenafdeelingen wordt overgenomen, waar
op de Bevelhebbers der beide partijen zich naar den Leider begeven
De troepen maken halt en rusten op de plaats (de tirailleurs blijven
waar zij zijn), de cavalerie en artillerie stijgen af. Kan het signaal niet
algemeen gehoord worden, dan maakt men bovendien gebruik van
bereden ordonnansen, enz.
Wordt na het signaal „Geeft achtnog geblazen: Officiers-appel
dan begeven zich ook de scheidsrechters en de officieren, welke voor
dat geval te voren zijn aangewezen, naar den Leider.
De Leider doet vervolgens den misslag herstellen en op het signaal
Voorwaarts" de oefening hervatten.
Om de manoeuvre te doen eindigen, wordt het signaal„Geeft acht",
gevolgd door: Ophouden van vuren" geblazen, welke signalen door
alle hoornblazers en trompetters worden overgenomen. De Scheids
rechters beslissen nu, welke partij moet terugtrekken en welke het
terrein kan behouden.