343 Maart 0111 9 uur voormiddag in het Zuidoosten, om 12 uur middag in het Zuiden en om 3 uur namiddag in het Zuidwesten waar te nemen is." Deze beschouwingen over Noorder- en Zuiderdecliualie hadden mijns inziens als te gecompliceerd gerust achterwege kunnen blijven, te meer, daar hierdoor de hemelstreken toch niet nauwkeuriger worden bepaald. Buitendien zijn die opgaven ook niet zoo geheel juist, daar men daarbij nog rekening dient te houden met den Nooidelijken of Zuidelijken breedtegraad der plaats zelve, waarop men zich bevindt. Eenvoudiger ware het dus, indien er stondDe zon gaat met be trekkelijk kleine verschillen op in het Oosten en onder in het Westen 2°. „Met behulp van sterrebeelden." Hierbij worden genoemd Het Zuiderkruis (de Zwaan). b. De Groote Beer. c. De Gordel van Orion." Genoemde sterrebeelden zijn vooral in Indië bijzonder geschikt voor het oriënteeren, doordat zij gemakkelijk gevonden kunnen worden en door den hoogen stand, dien zij aan den hemel kunnen bereiken, ook in bedekte en heuvelachtige terreinen zichtbaar zijn. Hoe gemakkelijk deze sterrebeelden ook te onderkennen en voor Europeanen te leeren zijn, zal het toch moeielijk vallen de Inlandsche militairen er mede bekend te maken. Yoor deze laatsten ware het daarom misschien beter te wijzen op de Yenus, de onder hen alge meen bekende „bintang timor". Na het ondergaan der zon is de Venus het eerst zichtbaar en wel in het Westen, waarom zij de Avondster genoemd wordt. Des morgens doet zij 'zich voor als de laatste ster nu in het Oosten en heet zij de Morgenster. Van andere middelen tot het bepalen der hemelstreken wordt bovengenoemd voorschrift niet gesproken. Zoude men dus in Indië zonder kompas afhankelijk zijn van een wolkeloozen hemel om de hemelstreken te bepalen Neen. Er bestaan voor den Indischen Archipel nog meer gegevens, voortspruitende uit Indische toestanden en die dan ook in een voorschrift op den velddienst voor het Neder- laudsch-Iudisch leger zeker niet mochten ontbrekente meer daar het oriënteeren in Indische terreinen meestal veel moeielijkcr is dan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 368