23
Colonne-commandant: Kolonel, commandant van het 13o regiment
Madras-Infanterie.
Troepen40 man Bereden Infanterie (Inlanders),
100 Britsche id. (Regiment The Queens"),
140 Inlandsche id. id. 13 Madras),
2 bergkanonnen van 7 16 op olifanten.
Ambulance: 1 Europeesch officier van gezondheid,
1 Inlandsch hospitaal-assistemt,
12 Tandoes,
90 Tandoe-, medicijn- en verbandkistdragers.
Bagage-en vivrestrein13 olifanten, 100 muildieren, 67 ponies en
eenige Inlandsche ossenkarren, benevens eenige ossen
en koelies tot vervoer van drinkwater.
Linker (2°) colonne.
CommandantKolonel, commandant van het 3e Regiment Belooche's
Troepen: 150 man Inlandsche Infanterie (Belooche's).
Ambulance, bagage en vivres, gedragen door koelies.
3e colonne.
CommandantKapitein, commandant der Inlandsche Cavalerie der
3° brigade (le Regiment Bombay Lancers).
Troepen: 50 man Inlandsche Cavalerie (Lanciers),
25 Britsche Bereden Infanterie,
20 Inlandsche Infanterie (13 Madras) tot dekking
van den trein.
Trein: Grassnijders-ponies van het 1° Regiment Bombay Lancers.
Bij de 1° colonne bestond de Infanterie-munitie-uitrusting uit
70 patronen per man, waarvan 40 door den man zeiven en 30 als
reserve op muilezels werden gedragende Artillerie voerde 44 schoten
per vuurmond op één olifant per stuk mede.
De trein vervoerde reserve-munitie der Infanterie, pionier-ge
reedschap der Infanterie, vivres en bagage der officieren en manschappen.
Bij iederen olifant behoorden een drijver en een oppasser, bij iedere
drie muildieren of ponies een geleiderdit personeel stond onder
toezicht van drie Inlandsche gegraduëerden van den transportdienst,
terwijl een Europeesch onderofficier van dien dienst met het opper-