519 18™ Maart nog een militair en 2 dwangarbeider gewond werden, den 19™ dier maand geheel voltooid. Het openkappen in de IX Moekim liep den 31en Maart af; op dezen datum werden de dekkingstroepen en arbeiders beschoten, zoodat de 1" luitenant A. H. Colenbran der en 2 militairen gekwetst werden. Toen zich hier, 2 dagen later, weder eene vijandelijke bende ver toonde, werd zij, door geschutvuur van de verschillende posten der Zuiderlinie, tot den aftocht gedwongen. Voorloopig bepaalde de vijand zich nu tot het beschieten van som mige onzer posten en van de werkers aan de wegen tusschen deze, zonder ons nadeel toe te brengen. Den 28en April werd evenwel een klein transport, waarvan de dekking (7 gewapende militairen) op eeuigen afstand achter mar cheerde, op het voetpad tusschen Lamjong en Boe kit Ka rang plotseling overvallen door eene vijandelijke bende, die zich in hinder laag had gelegd. Een soldaat, 1 dwangarbeider, 3 vrouwen en 2 kinderen werden door klewanghouwen verwond, terwijl de aanval lers onmiddellijk daarna de vlucht namen. Met het vorenstaande zijn de handelingen der vijandelijke benden tegen ons, en hunne bestrijdiug door onze troepen gedurende het tijdperk der concentratie en blokkade geschetst. Alvorens het verhaal der krijgsgebeurtenissen te vervolgen, meenen wij nu een overzicht te moeten geven van de verauderingen, welke er in dat tijdperk kwamen in onze verhouding tot de voornaamste Atjehsche hoofden, en van de voornaamste gebeurtenissen in de Ou- derhoorigheden van Atjeh. Dank zij de rustelooze pogingeu der oorlogspartij, die geen mid del bedreiging, roof en moord ongebruikt liet om de hoofden en de bevolking van ons afvallig te maken, was menigeen, die ons gezag zelf geen kwaad hart toedroeg, verplicht zich aan hare zijde te scharen. Meldden wij zulks vroeger reeds omtrent Toekoe Tjoet Mohamad, hoeloebalang der VII Moekim Baid .(Iud. Mil. Tijd schrift 1887, I, blz. 518), in Augustus 1884 volgde de imam van Sibrew diens voorbeeld, daar hij in zijne kampong zijn leven niet meer véilig achtte. Met zijn broeder Ha schim en het grootste

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 544