- 540 - komt, kent het verschil in uitvoering dat zich alsdan voordoet; dat verschil is een gevolg van bevangenheid, die men zelfs opmerkc bij een eenvoudig commando als b. v. „presenteer 't geweer'' of „vaardig", dat maar op ééne manier gecommandeerd en ook maar op eéne manier uitgevoerd kan worden. Hem die meermalen bij manoeuvres naast hoogeren in rang bij den troep kwam of zelf als meer dere zich daarbij voegde, valt het op hoe soms eene volmaakt onbe duidende vraag of opmerking tot eene verandering van dispositie aanleiding geeft, die volstrekt geen verbetering is, en hoe dezelfde commandant, als hij zijn eigen gang was gegaan, veel beter resultaat zou hebben gekregendat is geen bevangenheid meer, dat is weifel achtigheid, dat is gebrek aan zelfvertrouwen. Heeft men zijn maatre gelen goed overwogen, dan kan men ze tegenover iedereen verdedi gen natuurlijk in behoorlijke termen en doet men in den regel beter, niet onder eene plotselinge impulsie in een of ander onderdeel wijziging te brengen. Het is een merkwaardig verschijnsel in het krijgsmansberoep dat mannen, die den dood onverschrokken onder de oogen hebben gezien of die elk oogenblik bereid zijn, zoo hun beroep dat vordert, de grens tusschen het zijn en niet-zijn koelbloedig te overschrijden, zoo dikwijls zich geheel overbluft toonen, wanneer een hoogere in rang hen in hun bezigheden stoort, ook al geschiedt dit op de meest onschuldige wijze. Wij zullen ons met den aard van dit psychologisch raadsel hier niet bezig houden, maar alleen een paar redenen opge ven, die tot voorkoming van die fout kunnen leiden. Yoor alles trachte men zich te ontdoen van het verkeerde idee, dat achter elke vraag of opmerking van een meerdere een Damocles- zwaard dreigt. Integendeel men vatte die op als datgene wat zij zijn: de natuurlijke middelen voor den hoogere zoowel om zijn ondergeschikten te leeren kennen als om den hem toekomenden invloed op den loop van zaken uit te oefenen. Een tweede voorbehoedmiddel is het zich nauwlettend houden aan de militaire gewoonte om niet meer te antwoorden, dan hetgeen gevraagd wordt en slechts dan in toelichtingen te vervallen, als die bepaald verlangd worden of als de meerdere zonder dat een nood zakelijk verkeerd denkbeeld van den gang van zaken zou krijgen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 565