43
Afghanen en Belooche's hebben indertijd schitterend tegen Britsche
troepen gevochten en zouden ongetwijfeld ook thans zeer goed voldoen
in een oorlog tegen een Europeeschen vijand, althans zoolang zij door
Britsche officieren aangevoerd worden. De Goorkha's, niet grooter
dan onze Javaansche soldaten, voldoen van alle troepen het best bij
den strijd in zeer begroeid terrein zij zijn gehard en bijzonder dapper,
maar twistziek, hetgeen meermalen tot moord leidt. In Opper-Burma
leden zij veel verliezen door ziekte, doordat zij tegen groote hitte niet
goed bestand zijn.
"Van de Cavalerie had ik gelegeuheid, een regiment Bombay-
Lancers als zeer goede lichte cavalerie te leeren kennen. Een re
giment Madras-Lancers, dat ik zag, muntte minder uit; de man
schappen zijn, evenals die der Infanterie, zwakker van karakter en
minder gehard dan die van de Noordelijke provinciën. Voor den
strijd in open terrein en gesloten vorm is echter de Bombay-Ca-
valerie, ook volgens het oordeel van Britsche officieren, niet opgewassen
tegen Europeesche Cavalerie. Het zijn echter bijna zonder uitzon
dering goede ruiters en besluitvaardige, onverschrokken mannen,
buitengewoon geschikt voor den strijd tegen ongeorganiseerde benden.
De Cavalerie van het Bengal-leger, waarvan ik een regiment in Vóór-
Indië zag, maar vooral die van Panjab, is, volgens mij gedane mede-
deelingen, beter dan die van Bombay en zoude zeer goed voldoen
bij bet gevecht tegen Europeesche Cavalerie, ook volgens het oordeel
van tal van vreemde officieren, die ten vorigen jare het groote
oefeningskamp te Delhi bijwoonden.
Inlandsche bergbatterijen, die ik in Opper-Burma zag, wekten mijne
bewondering op door de groote orde op marsch en bij de exercitiën
en door de stiptheid en snelheid, waarmede alle bewegingen uitgevoerd
werden. In eene dier batterijen, die speciaal voor Opper-Burma was
opgericht, waren de manschappen (Panjabe's) gemiddeld slechts 4
maanden onder de wapens.
Van de sappeurs en mineurs zag ik in Burma troepen van Bombay
en van Madras. In dezen tak van dienst voldoen de manschappen
van laatstgenoemde landstreek zeer goed.
Alles resumeerende, en een punt van vergelijking zoekende in onze
•Javaansche troepen, geloof ik te moeten besluiten, dat alle korpsen