657
verzet gepleegd en onderwerping aan de gestelde eisclien aangeboden
wordt, alle geweld na te laten, want hoezeer de expeditie een groo-
te omvang gegeven is, om overal waar noodig met ruime middelen
al wat naar weerstand gelijkt te onderdrukken en te straffen, zoo
mag echter niet uit het oog verloren worden, dat de Regeering
verlangt, dat niets verzuimd worde om het doelwaarnaar ge
streefd wordt, zoo mogelijk zonder noodeloos bloedvergieten te be
reiken.
Ook stel ik het U tot een ernstigen plicht, om bij Uwe operatiën
geene kampongs te vernielen of te verbranden en overal vreemde
handelaren bescherming te verleenen, zoowel voor hunne goederen
als personen, immers, zoo zij niet deelnemen aan de vijandelijkheden
jegens ons, en in het algemeen de bevolking zoo min mogelijk te
doen boeten voor het verzet der Hoofden.
Dit laatste kan gevoegelijk geschieden, omdat doorgaans de ver
blijfplaatsen der Hoofden versterkt of omheind en alzoo geheel vau
die der ondergeschikte bevolking zijn afgescheiden.
De Inlandsche versterkingen in het gedeelte van ons gebied,
waartegen de expeditie ageeren zal, hebben, voor zooveel hier bekend
is, weinig defensief vermogen; de borstwering bestaat uit eene dub
bele rij palen met zand aangevuld en zijn slecht bewapend; het verdient
dus aanbeveling, om zich niet lang met het beschieten daarvan af te
geven, maar, na een drie- of viertal granaten daarbinnen geworpen te
hebben, tot bestorming over te gaan de indruk op gewapende benden,
die aan onze vechtwijze niet gewoon zijn, wordt daardoor testerker.
Het getal geweerdragenden onder de gewapende benden, waarmede
de troepen te doen zullen hebbenmoet gering zijnde voor
naamste wapensdie zij voeren, zijn lans en klewang, hunne tac
tiek moet dus noodwendig zijn, schuil houden eii onverwachte aan
val of overval onzer troepenbij marschen in begroeid terrein en op
bivak moet men daarop dus voorbereid zijn, om verwarring te voor
komen. Yerdeeling van Uwe macht, om zoogenaamde gecombineerde
manoeuvres te doen, moet ik ernstig ontraden, omdat de ondervinding
geleerd heeft, dat zoodanige manoeuvres doorgaans mislukken, wijl
het op groote afstanden onmogelijk is de beweging der onderdeelen
gelijken tred te doen houden en het eene of andere deel altijd te