55
gewoonte die talen met moeite spraken, hadden de meesten van hen
een goed accent en spraken enkelen b. v. Fransch uitstekend. Anderen
hadden geruimen tijd in Rusland gereisd, waartoe het gouvernement
hen, die een voorloopig examen in het Russisch afleggen, in de
gelegenheid stelt, om zich verder in die taal te bekwamen.
Hindoestansch spraken de officieren van het Staff corps vloeiend
en ook sommigen van de Britsche regimenten goed, terwijl ik ook
door enkelen andere Indische talen o. a. Mahrati hoorde spreken tot
de Inlandsche manschappen. In Burma bestudeerden sommige offi
cieren, en daaronder oudere, de zeer moeielijke Burmasche taal;
enkelen zijn daarin geëxamineerd en anderen konden voldoende met
de dorpsbewoners spreken.
Yan welk groot belang het bij deze vorming van den jongen offi
cier is, dat hij en zijn meerderen en kameraden zeer weinig aan
overplaatsing bij een ander korps onderhevig zijn en dat hij met hen
allen in de officiers-mess opleeft, behoeft geen betoog. Over beide
zaken nog een enkel woord.
Overgangen van het eene regiment naar het audere vinden in de
Iufanterie en Cavalerie van het Britsche leger niet plaatsde bevor
dering geschiedt naar gelang van het ontstaan van vacatures per
regiment. Bij dezelfde wapens in het Staff corps behooren de offi
ciereu eveneens tot een bepaald regiment, doch hier bestaat eene
open formatie en wordt de officier bevorderd tot kapitein na 11, tot
majoor na 20, tot luitenant-kolonel na 26 en tot kolonel na 30 jaren.
Hierdoor ontstaat wel eens eene ongelijke verdeeling der hoogere
rangen, welke wordt weggenomen door overigens zeldzaam voorko
mende overplaatsing van hoofdofficieren. Aanvullingen eindelijk
geschieden bij de Britsche regimenten door benoeming van nieuwe
officieren, bij de Inlandsche door overgang in het Staff' corps.
Bij de Artillerie en Glenie, waar de promotie over het geheele
wapen plaats vindt, zijn overgangen bij een ander troependeel of in
eene audere betrekking niet te vermijden, doch zij worden zooveel
doenlijk beperkt
Wat de officiers-messen aangaat, ik acht hun gunstigen invloed
bijzouder groot. Zij bestaan bij de -Infanterie en Cavalerie regiments-,
bij de Artillerie meestal batterij's-gewijzeofficieren der Sappeurs