681
samengeperste conserven meegeeft, de bezwaren vervallen, die zich bij
het debarkeeren van die dieren doen gevoelen, ja dit dikwijls
onmogelijk maken.
Wanneer men nu het bovenstaaude op Indische toestanden toepast,
is het geoorloofd de gevolgtrekking te maken dat het aanbeveling
zou verdienen, om aan expeditionnaire troepen eene voldoende hoe
veelheid samengeperste conserven mee te geven, hetzij carne pura-pre-
paraten, den wel andere daarmede overeenkomende. Die conserven
kunnen zeer goed aan den enkelen man worden verstrekt met bevel,
ze slechts te gebruiken wanneer daartoe de colonnecommandant order
geeft, of wel ze kunnen met een betrekkelijk gering aantal transport
middelen aan uitrukkende colonnes worden nagezonden.
Hierdoor zal de colonnecommandant in staat zijn te ageeren,
zonder met den honger van zijne manschappen rekening te behoeven
te houden, zonder dat de troep door een moeiljjk te verplaatsen
proviaudcolonne in zijne beweging wordt belemmerd.
De manschappen hebben dan ook niets anders te doen, om door
een krachtig maal hunnen honger te stillen, dan hun kookketel met
water te vullen en daarin de meegenomen conserven te koken.
Slechts zelden zal eene snel voortrukken de colonne in de gelegenheid
zijn om uit de kampongs het eene of andere voedingsmiddel, b. v.
rijst, te requireeren. Kan dit echter en wordt deze aan de soep toe
gevoegd, dan zal de aldus verkregen spijs ook aan den eisch voldoen
van volumineus genoeg te zijn.
Hoewel het eigenlijk niet in 't schema van dit opstel thuis behoort,
wil ik er toch op wijzen, dat het aanbeveling zou verdienen, om bij
alle expedities, waarbij de troepen vermoedelijk met groote bezwaren
van den transportdienst te worstelen zullen hebben, geen levend vee
mee te nemen maar alleen conserven. Wel is waar hebben de laatsten
niet dezelfde waarde als de eersten, maar welk nut hebben de man
schappen ook van de vetste ossen, wanneer deze op de golven schom
melen en niet gedebarkeerd kunnen worden de maag jeukt nog meer,
wanneer de hongerige soldaat aan het strand het loeien der vette
dieren hoort of wanneer deze bij 't debarkeeren verdrinken of aan
land gekomen wegloopen. Dat is geene phantasie maar werkelijkheid.
Evenzoo gewichtig, als de zorg voor eene goede voeding van