693
artilleriebewapening en pantsering verre de voorkeur verdient.
Eindelijk wordt nog een vijfde groote monitor, de Puritansedert
1878 verbouwd.
Deze wordt 6000 ton groot en zoude met 4100 paardenkrachten
13] mijl loopen, wat wel overdreven zal wezen. De bewapening
bestaat uit 4 achterlaadkanonnen van 26 cM., 4 revolverkanonnen en
4 Gatlings, de "pantsering van den toren wordt gevormd door 406, van
den romp door 305 mM. staal. Daar de geheele verbouwing der Pu
ritan f 6.000.000 zal kosten, had men beter gedaan voor dit geld
een uitstekenden strijder aan te schaffen.
Tot zoover over den jammerlijken toestand der oude vloot. Gaan
wij nu na, wat sedert 1881 aan de vorming eener nieuwe is gedaan.
In dat jaar werd eene commissie benoemd, om rapport uit te
brengen over de middelen tot vorming eener flinke vloot. In stede
van het voorstel te doen, al het oude onbruikbare materieel op te
ruimen en flinke strijders, kruisers, stationsschepen en torpedobooten
van het nieuwste type te bouwen en aan te koopen, kwam de com
missie tot conclusiën, die de hoogste verbazing moeten wekken
Van de oude kruisers met 6 mijlen vaart zoude men er nog
32 kunnen gebruiken en daar men er slechts 70 noodig had, kon
men volstaan met het aanschaffen van 38 nieuwe, nl.
2 van 5873 ton met 15 mijlen snelheid,
6 4560 w 14
10 3043 13
20 793 10
En dat in een tijd, toen men voor kruisers eene snelheid van 14
mijlen reeds als onvoldoende begon te beschouwenBovendien zouden
de 20 kleinste kruisers alle van hout worden gebouwd.
Omtrent de pantserschepen had de commissie eveneens zeer merk
waardige inzichten. Zij was nl. van oordeel, dat Noord-Amerika
in vredestijd geen pantserschepen behoefde te bezitten. Hoe dit is
te rijmen met den aanzienlijken tijd, noodig voor de voltooiing van
gepantserde strijders, nl. 610 jaar voor een le kl. [814.000
ton], 25 jaar voor een 2e kl. [35007500 ton] en 12 jaar voor
een 3e kl., is niet te begrijpen. Yerder meende de commissie dat
de voorhanden pantserschepen voor havenverdediging nog goed bruik-
Dl. I, 1888. 45
