64 in een groot aantal onderdeelen, die elk voor zich eene bepaalde streek konden afpatroailleeren en in die streek de bezettingen leveren voor de versterkte posten, noodig zoowel op de communicatie lijnen en groote handelswegen als in de centra der bevolking, tot steun der goedgezinde inwoners en het in bedwang houden der fiacoitbenden en het medeplichtige deel der bevolking. Die onderdeelen van de expeditionnaire macht nu werden, met het oog op bevelvoering en verpleging, in brigades vereenigd. Dit brigade-verband had derhalve minder een tactischen dan wel een administratieven grondslag; zij vormden de groote eenheden, aan welke de bevelen van het oppercommando uitgingen en aan welker hoofd Generaals waren geplaatst, die verantwoordelijk waren voor alle maatregelen van militairen aard in de districten, door de brigades bezet, doch die daarbij tevens aan bepaalde onderdeelen hunner brigade eene zekere mate van zelfstandigheid moesten laten. Zoo min dus als aan het gelijktijdig optreden van het geheele veldleger of een groot deel daarvan werd gedacht, werd ook met de indeeling in brigades niet beoogd het vormen van strategische eenhe den. De organisatie stond hiermede in nauw verbandde troepen, staven en diensten, noodig voor de occupatie eener bepaalde streek, werden tot eene brigade vereenigd en de samenstelling daarvan ver toonde dus in de onderscheiden districten groote verschillen en on dervond meermalen wijziging. Op het tijdstip, waarop ik in Burma aankwam, bevatte de geheele expeditionnaire macht de navolgende troepen 8 Regimenten Britsche Infanterie, ieder van één bataljon 31 id Inlandsche id., id. id. bataljon en wel: 10 Regimenten Bengal Infantry, id. Infantry Hyderabad Contingent; 1 id. Goorkha's 6 id. Bombay Infantry 11 id. Madras Infantryen 1 id. Madras Pioneers, infanterie voorzien van pioniergereedschap 4 Regimenten Inlandsche Cavalerie 2 Batterijen Europeesche Vestingartillerie; O u

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 77