77
officier, die tot het regiment behoort en na 10 jaren den titel van
kapitein, na 20 jaren dien van majoor kan krijgen. Bij de Inlandsche
regimenten echter worden de functiën van quartermaster door een
der regiments-officieren verricht. Zij bestaan uit:
beheer der kleeding, zoowel van die welke door het gouvernement
wordt verstrekt en waarover het Clothing Department van het leger
controle uitoefent, als van die, welke bij de korpsen op kosten dei-
manschappen aangeschaft, vervaardigd en verstrekt wordt, onder het
oppertoezicht van den korpscommandant;
beheer der vivres, welke van de Intendance op dagelijksche bons
ontvangen worden; de Britsche Infanterie te Pyinmana had bovendien
steeds een voorraad droge vivres voor 4 dagen in het magazijn van den
quartermaster, om onmiddellijk te kunnen mareheeren
beheer van kazerne- en kampmaterieel
beheer der munitie, onder controle van het Ordnance-department
van het leger.
Bij de batterijen Artillerie worden deze administratieve functiën
door een onderofficier quartermaster-sergeantonder verantwoordelijk
heid van den batterij-commandant, verricht.
Bereden Infanterie. Hoezeer ook reeds in Egypte de groote nuttig
heid van Bereden Infanterie gebleken was, bestaat hiervan nog steeds
geene organisatie. In Opper-Burma werd zij in de grootere garnizoe
nen samengesteld uit Britsche en Inlandsche infanteristen, die een
weinig rijden konden en in afzonderlijke detachementen werden ver-
eenigd, onder commando van daartoe aangewezen officieren, meestal
van de Infanterie, somtijds ook van de Cavalerie. Zij verrichtte hier
uitstekende diensten ter verrassing en omsingeling van vijandelijke
hoofden en dorpen, veelal in vereeniging met Cavalerie; verder bij
den veiligheidsdienst op marsch, als escorten van stafofficieren, trein-
colonnes, enz. Bereden op plaatselijk aangekochte ponies, die klein
doch zeer gehard en gemakkelijk te rijden zijn, konde zij zich in alle
terreinen vrij goed bewegen. Generaal Lockhart vroeg dan ook om
eene aanzienlijke uitbreiding en kreeg in Februari 1887 de toezegging,
dat zijne Bereden Infanterie tot 600 man zoude worden uitgebreid,
waarmede hij zich voorstelde, gedurende den regenmoeson zijn ge-
heele district te doen afpatrouilleeren.