283
Bij de artillerie van dat leger b. v. is het gebruik van den
roskam regel, en bij de cavalerie uitzondering. Bij het laatste wapen
wordt het paard in het algemeen met de stroowisch afgewreven,
geborsteld, vervolgens afgeveegd, enkele deelen gewasschen en daarna
manen en staart (zonder manenkam) gereinigd.
Zoo worden bij de Zwitsersche artillerie voor de verschillende
onderdeelen van het pansement signalen geblazen, terwijl deze bij
de cavalerie alleen bij den aanvang en den afloop van het poetsen
gehoord worden, waaraan ook door ons de voorkeur geschonken wordt.
De hoeven worden bij droog, warm weder tweemaal, anders een
maal aan den wand en de zool met versch ongezouten vet inge
smeerd, hetgeen steeds onmiddellijk na het wasschen dient plaats te
hebben. Yoordat zij beslagen worden, worden de hoeven der paarden
eenigen tijd met koemest, een kleipap of paardenmest geweekt.
De voeten der Indische paarden, waarbij zooveel minder brokkel-
hoeven voorkomen, zullen over het algemeen deze bewerking niet
noodig hebben.
liet ligt niet op onzen weg om alle belangrijke punten, in het
Zwitsersche reglement voorkomende, te releveerenhet zij genoeg er
de aandacht op te hebben gevestigd. In den Militairen Spectator, in
het Zwitsersche Tijdschrift voor de artillerie en genie en in andere
militaire tijdschriften lean men nog menig artikel vinden, dat be
trekking heeft op de verpleging van de troepenpaarden, en alles
zins verdient te worden gelezen en overwogen.
Mochten onze wenschen vervuld worden en de bereden troepen
over niet te langen tijd eens met een goed voorschrift op de verzor
ging van de paarden begiftigd worden, dan hopen wij dat men niet
zal vergeten ook aan de korpsen infanterie enkele exemplaren te
schenken. Bij onze infanterieofficieren zijn tal van liefhebbers en
houders van paarden, die zeker gaarne zouden willen weten hoedanig
de bereden troepen de hunne verzorgen.
S.