393
wederkeerig; dat anderen in 5 jaren éénmaal bij elkaar komen, ofschoon
geen 4 huizen van elkaar wonende.
Is 't niet zonderling, dat o. a. te Soerabaija van de 9 hoofdofficieren
slechts 4 en vaD 80 subalterne off. niet meer dan 30 lid zijn van
de sociëteit Concordia, waar vroeger zoo'n pret heerschte. Nu moet
men gezien hebben, hoe het op 's Konings verjaardag jl. daar was. En dan
moet men hooren, hoe het b. v. op den 12en Mei 1874 daar toeging.
Toen, op 't Krooningsfeest, herinneren wij ons met genoegen hoe die
zelfde sociëteit 't vereenigingspunt was van alle officieren, durf ik zeggen.
De tegenwoordige toestand is niet geschikt om die aaneensluiting
van de officieren te zien als in vroeger tijd.
De schuld daarvan ligt ontegenzeglijk ook bij de jonge officieren, maar
in hoofdzaak bij de oudere. Wij kennen chefs, die nimmer hunne officie
ren eens bij zich particulier aan huis zien dan, ja! op eene officieele, stijve
receptie in den vooravond (1); die, geen lid van de sociëteit zijnde, onwil
lekeurig hunne ondergeschikte officieren door hun voorbeeld aanleiding
geven om ook maar te bedanken.
Die chefs zijn onmogelijk in de gelegenheid om hunne officieren te
leeren kennen en apprecieeren, verbreken den band in het officierskorps en
stichten op die wijze veel kwaad.
Men hoort wel eens beweren dat over 't algemeen het officierskorps
solider is geworden, 'tls waar, velen leven solider, maar ook velen
zijn niet zoo bruikbaar wat hun physiek betreft.
Er ziju te veel redenen hiervoor, om ze hier verder op te sommen.
Indien de chefs nu eens voorgingen hunne receptiegelden op zijde te
leggen voor het doel, waarvoor ze gegeven wordenindien zij, die
goedkoop wonen, door hunne paviljoens te verhuren, dat geldelijk voor
deel eens in het belang der kameraadschap offerden en lid van do sociëteit
werdenindien alle hoofdofficieren voorgingen daarvan lid te worden,
zouden de subalterne officieren wel volgen.
De officieren zouden meer met elkaar in aanraking komen, elkaar
leeren kennen en waardeeren, en wederkeerig eikaars gezelschap zoeken.
Dan zou de goede oude tijd nog wel eens terug kunnen keeren, de tijd
dat men zonder deftigheid zoo echt kameraadschappelijk bijeen kon zijn.
Die ontstaat niet door groote uitgaven, zuinige huismoeders, maar
door cordialen omgang zonder handschoenen of onnoodigen omslag.
Een OUD0AST.
(1) Yelen van hen ontvangen zelfs nog wel receptiegelden.