V AEI Over de verstrekking van kleeding. Met dankbaarheid moet erkend worden dat in den laatsten tijd in regle menten en voorschriften door of van wege het Departement van Oorlog naar vereenvoudiging wordt gestreefd, en het lijdt geen twijfel of die ver eenvoudigingen komen ten bate der oefeningen van den troep. De officie ren in het algemeen en de compagniescommandanten in het bijzonder moeten zoomin mogelijk met bezigheden belast worden die buiten hun eigenlijken werkkring (voorbereiding tot den oorlog) zijn. De administratie van eene compagnie eischt van een compagniescommandant te veel zor gen. Onder het vele dat vereenvoudigd zou kunnen worden, komt in de eerste plaats voor, de thans gevolgde regeling tot verstrekking van klee ding. In het Indisch Militair Tijdschrift van 1886 No. 9 werd reeds de aandacht er op gevestigd om eene andere regeling te treffen door de periodieke vernieuwingen af te schaffen en den man een surplus op zijn soldij te geven, waarvan hij zijne kleeding zou kunnen bekostigen. Dat denkbeeld komt mij zeer practisch voor, omdat men daardoor groote vereenvoudiging zou kunnen brengen in de verstrekking van kleeding. Aangezien de tegenwoordige sergen bovenkleeding nog niet definitief is ingevoerd en wij waarschijnlijk, na de definitieve invoering daarvan, met een nieuw tarief No. 24 zullen worden begiftigd, daarom komt het mij wenschelijk voor om nogmaals de aandacht op dit, naar mijne mee ning gewichtig onderwerp te vestigen. Ik heb het gewaagd een schema samen te stellen hoe deze zaak geregeld zou kunnen worden. Ieder man is lid van het spaarfonds; van gouvernements wege wordt bij het indiensttreden van den man een zeker bedrag voor eerste uitrusting, b. v. een Europeaan en Amboinees f 48 en voor een Inlander ƒ36 ingeschre ven (1) en verder voor eiken dag dat de man de soldij geniet een surplus (1) Eene [eerste uitrusting voor een infanterist kost volgens prijslijst voor een Europeaan f 48.87, voor een Amboinees 47,94 en voor een Inlander 37.14 zonder helmhoed, kleedingtasch en ransel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 516