9 2 verhevea en wordt aan weerszijden begrensd door lijnen, die in horizontale projectie loodrecht staan op de vuurlijnen. Aan de buitenzijden is de bonnet begrensd door het verlengde buitentalud der borstweringen. Het rechterzij talud van de bonnet heeft eene helling van 2/j, het linker eene helling van 1/1. Achter de bonnet is een banket voor infanterie. Schaal 1100. Profiel als bij de 2» vraag. (1 uur) 4. De horizontale projectie te teekenen van een ruitvormige travers, aangebracht bij eene borstwering van gegeven profiel. Het horizontale bovenvlak van de travers is een vierkant van 3 M. zijde en gelegen op 1 M. boven de vuurlijn, de travers is zoodanig geplaatst dat eene diagonaal in horizontale projectie in eene lijn met die van de vuurlijn valt, de taluds hebben alle eene helling van 1/1. De banketten loopen achter de travers niet door. Schaal 1100. (f uur.) 5. Teeken de horizontale projectie van een uitspringenden hoek, ge vormd door de samenkomst van twee borstweringen van gegeven profiel. De grootste borstwering stelt voor de flank, de andere de keelsluiting eener lunette. In horizontale projectie ontmoeten de vuurlijnen elkander onder een hoek van 80°. Schaal 1100. (f uur.) (Wordt vervolgd.) De militaire academie te West-Point. In de nabijheid van New-York, op een plateau in eene bocht van de Hudson-rivier, verheft zich de militaire academie van West-Point, de kweekschool voor de officieren van het leger der Vereenigde Staten van Noord-Amerika. Bij aankomst met de boot van New-York langs de kade gaande, ontmoet men eerst eene rij gebouwen, bestaande uit de kazernes, bibliotheek, keukens, leerzalen, enz. Binnengaande heeft men voor zich het exercitieveld, links de gebouwen voor den staf der academie, rechts tenten waarin de cadetten gedurende de zomeroefeningen verblijf houden, aan de overzijde een groot hotel. Het plateau is aan drie zijden door de rivier omgeven; de vierde zijde grenst aan een heuvelachtig en boschrijk terrein, zeer geschikt voor mi litair oefeningsterrein. De staf der academie bestaat uit een generaal-commandant en zes officieren. De lessen worden gegeven, door militaire en burgerleeraren. De commissie van toezicht bestaat uit twaalf leden, waarvan zeven wor den benoemd door den President der Republiek, twee door den Senaat en drie door den President van het Congres. Elk district, dat in het Congres vertegenwoordigd is, heeft het recht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 101