140 Gelukkig begon bet vijandelijk vuur om dezen tijd merkelijk te verminderen en hield zelfs korten tijd geheel op, zoodat ik dacht, voor dezen dag het moeielijkste achter den rug te hebben. Niet lang waren de sappeurs bezig met het vellen van boomen en andere werkzaamheden tot het maken der versterking, of de signalen „10° Bataljon verzamelen"' en „10e Bataljon terugtrekken" werden op last van den Bevelhebber gegeven en door ons zoo dui delijk gehoord als op het exercitieveld. Doordien het vijandelijk vuur op dat tijdstip bijna geheel ge staakt was, kon ik de troepen bedaard verzamelen en orde op den terugmarsch stellen. De sappeurs belastte ik met het transpor teeren der gekwetsten (de dooden waren reeds begraven) en het medenemen der wapens. De afmarsch man voor man had aanvankelijk in goede orde plaats; de voorhoede onder den 2en Luitenant Beijer, het centrum onder den lcn Luitenant Ter Beek, daarna de mineurs en sappeurs onder den kapitein Kannemans en de achterhoede onder den len Lui tenant Heeres. Toen ongeveer de helft van den hoofdtroep was afgemarcheerd, volgde ik met het Yaandel. Zooals ik boven aan haalde, had ik last gegeven de coupures in een der galangans te overbruggen. Door de voorhoede was echter meer noordelijk eene evenwijdige galangan gevolgd. Die vergissing is breed uit gemeten, ofschoon de omstandigheden daartoe toch wel aanleiding hebben gegeven. Zooals alle sawahs, was ook deze, die ons van de reserve scheidde, door een groot aantal bijna evenwijdige dijkjes of galangans doorsneden Bij het verlaten van de kampong, heeft de voorwacht vermoedelijk de pinangbruggetjes niet gezien en is de galangan gevolgd, die recht aanliep op het punt waar zij de artillerie op een afstand van p.m. 1300 Meters in de vlakte zag opgesteld. Toen ik in de vlakte kwam, zag ik de voorhoede door de cou pures worstelen; ik riep den commandant toe, terug te keeren en den meer zuidelijken galangan te volgen. Mij werd toegeroepen (niet door Luitenant Beijer): „Hier hebben wij een goed pad"ik zag toen ook de voorste manschappen werkelijk op vasten bodem. Ik commandeerde toen: „Voorwaarts!" Dit alles had plaats zonder dat

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 149