154 ting dadelijk aan den wal te gaan aan de zijde, waar de vijand zich zou bevinden, daar stelling te nemen en de komst van den Con troleur af te wachten. Ongeveer ten 9 ®/T uur v.m. werd het punt bereikt, waar het bovenbedoelde vivres-transport was beschoten en de landing zou plaats hebben. Nadat daar geland was en de prauwen onder eene be hoorlijke dekking waren gesteld, werd de marsch langs een voetpad aangevangen. De indeeling van den troep was dezelfde als bij den tocht per prauw. De sergeant Loessl verdeelde zijn detachement in twee groepen, waarover het commando werd gegeven aan den Inlandschen Sergeant Kromogoena en den Europeeschen korporaal Matthis. Een vaatje inhoudende 500 reserve patronen werd door twee koelies medegedragen. Na ongeveer */T uur te hebben gemarcheerd werd een ladang overgetrokken, een huis, dat daar stond, doorzocht en kort daarop eene soengei doorwaad, waarbij men tot aan de borst door het water ging. Na nog een weinig te zijn doorgemarcheerd, werd de vijandelijke versterking door het struikgewas heen in de verte waar genomen, waarbij bleek, dat men in den rug der versterking was gekomen. De voorhoede, uit de bevolkings- patrouille samengesteld, staakte den marsch en nam zijdelings van het voetpad in het bosch stelling. Het detachement rukte voort en kwam alzoo aan het hoofd der colonne, marcheerde in Noord-Westelijke richting op en nam daar, gedekt door het begroeide terrein, achter omgekapte boomen stelling ten Noord- Oosten van de vijandelijke versterking, waardoor de te- rugtochtsweg des vijands was bedreigd. Het overige deel der be- volkings-patrouille sloot zich bij de gewezen voorhoede aan en werd door den Controleur Aernout opgesteld in den Zuid-Oostelijk der versterking gelegen boschrand. Toen daarop de Controleur, het voetpad volgend, zich op de open vlakte vertoonde, vielen ongeveer ten 10 uur v.m. twee schoten uit de vijandelijke benting, hetgeen als het begin van het gevecht kan worden beschouwd. De vijandelijke benting, gelegen aan den linkeroever der Kahajan

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 163