156 Na binnengedrongen te zijn, werden dadelijk de schietgaten der Ooster en Noorderface bezet en door die openingen gevuurd op den vijand, die steeds een goed onderhouden vuur richtte op de soldaten en de bevolkings-patrouillevan deze laatste werden spoedig twee man gewond. Het detachement militairen, zich langs de Wester face uitbreidende, ontdekte den ingang der versterking en trachtte dien te vergeefs open te breken. Toen dit niet gelukte, maakte de Dajak Toenda zich verdien stelijk, door onder het hevig vuur des vijands die poort open te hak ken en te trachten de palissaden omver te halen, om den doorgang te verbreeden. Terwijl deze daarmede bezig was, stelden de Euro- peesche fuseliers Lebrun, Meijer, Bezem, Hess en de inlandsche fuselier Songko zich bezijden den ingang op en gaven flink vuur op den zich als wanhopigen verdedigenden vijand. De inlandsche fuselier Songko, kreeg daarbij van den Panglima Tjagat uit een donderbus twee scho ten, waarvan een door den linkerarm en een door de lever, en werd door een paar man der bevolkings-patrouille uit het vuur gedragen. De Panglima's Barkah en Boehapie hielden stand in den Zuid- Westelijken hoek der versterking; eerstgenoemde werd door den Eu- ropeeschen fuselier Hess neergeschoten, doch de tweede schoot ge noemden fuselier door de beide handen, zoodat deze buiten gevecht werd gesteld, en verwondde den Europeeschen fuselier Bezem aan den rechterduim, wat hem niet belette, ook Boehapie neer te leggen. Naia alias Kiahi Djaja Sena, ontving van den detachements-com- mandant sergeant Loessl een schot door de rechter dij, viel van het banket en brak het been. Toch bleef de bezetting zich krachtig verdedigen en werd aan beide zijden met de uiterste verbittering gestreden. Om ontvluchting des vijands te voorkomen, stelde de sergeant Loessl den korporaal Mat- this en den Europeeschen fuselier Meijer tegen lOu. 35m. v. m. aan de Zuidzijde der versterking op. Twee vijanden sprongen kort daarop over de palissadeeringéén hunner werd onmiddellijk neergeschoten door de militairen en de andere door de bevolkings-patrouille. Een andere trachtte op gelijke wijze te ontkomen, doch een schot van den sergeant Loessl deed hem naar binnen tuimelen. Intusschen was Radhen Johannes Karsa Negara met een deel der

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 165