172 - „uitsluitend uit gewone beschuit, vleeschbeschuit Kraftszwiebacken koffie bestond. Het. Kraftszwiebach was samengesteld uit meelspek „en gehakt rundvleesch. „De „Revue militaire de 1' Etranget" deelt omtrent die proeven „o. a. mede, dat zij zeer voldoende uitkomsten hebben opgeleverd en „dat een detachement van 50 man van het 10e regiment infanterie, „gedurende den proeftijd van 14 dagen, eene reeks vermoeiende „marschen tot een gezamenlijken afstand van 140 K. M. heeft afge legd, zonder een zieke te krijgen. „Overigens bestaat de voorraad verduurzaamde levensmiddelen, wel- „ke in de magazijnen der Duitsche legerkorpsen wordt bewaard, tot „dusverre alleen uit Australisch-va. inlandsch vleesch in bussen. „In Frankrijk zijn, volgens het officieele „J ournal militaire", jaar- „gang 1884, voor het leger de navolgende conserven aangenomen: verduurzaamd vleesch in bussen van 1 en 2 kilogr., geconserveerde bouillon in bussen van 5 kilogr. en verduurzaamde uiensoep in tabletten van 40 gram. De beide laatste conserven dienen voor de „bereiding van soep met brood of beschuit. „Bij het Oostenrijksche leger is het zoogenaamde Gulijas' inge voerd, bestaande uit eene soort hachée dat in bussen geconserveerd „is (1). Volgens de „Oesterreichische Militar Zeitung" october en „November 1884) hebben de in Oostenrijk met carne-pura genomen „proeven ongunstige uitkomsten opgeleverd. Ofschoon op wetenschap pelijke gronden niets tegen de voedingswaarde kon worden aan gevoerd, werd de practische bruikbaarheid vau dit vleeschpoederdat „zoowel den smaak als den reuk onaangenaam aandoet, gering geacht.". Wij kunnen den lezers van dit tijdschrift nog mededeeleu, dat de bruikbaarheid van het carne-pura en de preparaten daarvan, als vleesch-conserve voor het Indisch leger, ook bij het Departement van Oorlog in Nederlandsch-Indië is onderzocht. Met het doel om bij het leger te worden beproefd, werd namelijk in Maart 1885 van de firma Nieuwcassteel en van den Heuvel te (1) Vroeger was voor het Oostenrijksclie leger reglementair aangenomen het zoo genaamde y,FleiscJigries" een mengsel bestaande uit fijn gehaJct vleeschtarwemeel knoflookwien en verschillende specerijen dat, even als het carne-puragedroogd en fijngemalen was. Doch in de practijk heeft dit conserve minder goed voldaan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 181