198 gymde overmacht grooter. De manschappen in verspreide orde hier aan bloot te stellen, is slechts hen noodeloos opofferen, want ieder man kan gemakkelijk omsingeld en neergesabeld worden. Houdt men den troep echter gesloten en in de hand, dan is dit gevaar voor eenigen tijd verschoven en is voldoende munitie voor handen of kan op ondersteuning gerekend worden, dan is het zelfs geheel afgewend. Een enkel man, met geweer gewapend, is spoedig het slachtoffer van een half dozijn wilden met assegaaien, doch hon derd man in linie kunnen zich bijna een onbepaalden tijd verdedigen tegen een tienmaal sterkeren vijand. Het moedig standhouden van de „Young Husband's Company" te Isandhlwana is een geschikt voorbeeld om de veiligheid aan te toonen, die de gesloten formatie verschaft; doch onze nederlaag aldaar is eene ernstige waarschuwing tegen het gevaar, dat wij loopen, als de vijand zich met overmacht werpt tusschen de in verspreide orde opgeloste afdeelingen. Het gelijkmatig avanceeren echter van eene lange, gedeployeerde linie is zeer moeieljjk en de noodzakelijkheid, om gedurende den marsch een krachtig vuur te onderhouden, maakt dit voorzeker nog moeie- lijker. Avanceeren de troepen op twee gelederen in bataille, dan zullen zij bovendien, zelfs al rekent men niet op eene reserve of tweede linie, slechts een betrekkelijk smal front beslaan; zij worden dus om getrokken en misschien omsingeld. Ont nu dit gevaar te vermindereu, verdient het wellicht aanbeveling de linie te formeeren uit afdeelingen met onderlinge tussehenruimten, minstens zoo groot als hare frontbreedte, en deze linie dan te doen volgen door een tweede, ongeveer half zoo sterk als de voorste. De afdeelingen marcheeren voorwaarts zonder zich naar elkander te rege len, doch dragen natuurlijk zorg dat de richting niet al te zeer ver loren gaaf. Iedere afdeeling blijft in gesloten orde en kan zoo noodig op vier gelederen worden opgesteld. Mocht de vijand ons tegemoet rukken vóór het laatste stadium van den aanval, dan zal iedere af deeling in staat zijn geruimen tijd weerstand te bieden, zelfs al ware zij omsingeld; de tweede linie snelt ter hulp waar dit noodig is. Aangekomen op den afstand, vanwaar de stormaanval kan worden aangevangen, wordt een krachtig vuur op den vijand geopend tot het geschikte oogenblik daartoe is aangebrokendit iszoodra de vijand

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 207