12 -
Ter Westkust van Atjeh hadden verschillende gebeurtenissen
plaats, waarbij de beruchte Toekoe Oemar meermalen op den
voorgrond trad. Om tevens eeuigszins de chronologische volgorde in
acht te nemen, zullen wij achtereenvolgend het meldenswaardige mede-
deelen omtrent Malaboeh, Boeboe n, Ten om, Rigas enLam-
besoi (zuidelijke nederzettingen).
De verhouding van het Inlandsch bestuur te Malaboeh jegens
het Gouvernement liet bij voortduring niets te wenschen overin Juli
1885 kwam Toekoe Tjihik, hoeloebalang van Malaboeh, te
Kota Radja aan met zijn oom Toe koe Tjoet, die nog nooit
met ons in aanraking was geweest.
In het laatst van September 1885 kwam de zoon van wijlen
Kedjoeroean Moeda, Toekoe Mansjoer, die zich nimmer aan
het gouvernement onderworpen had, met eene vrij sterke bende aan
om van Toekoe Abas en Toe koe Itam, de beide door ons
erkende kedjoeroeans van Malaboeh, een deel van zijns vaders
nalatenschap op te eischen. Het kwam echter niet tot dadelijkheden
en Toekoe Mansjoer trok, tengevolge van de flinke houding der
hoofden, den 23en weder met zijne volgelingen af.
Den 3™ Mei 1886 werden eenige gewapende manschappen, die
bezig waren met kogels, zoeken, plotseling overvallen door twee met
klewangs gewapende Atjehers, die onmiddellijk Daar de ter zijde
geplaatste geweren grepen. Een hunner werd neergeschoten, doch de
andere wist met een geweer te ontkomen. De daders, van elders
afkomstig, waren te Malaboeh onbekend.
Dat de bevolking niet ongenegen was met het bestuur mede te werken,
bleek dezelfde maand, toen zij een weggeloopen dwangarbeider op
vatte en aan den militairen commandant uitleverde; dat men daaren
tegen nu en dan last had van vreemd gespuis, is af te leiden uit
het feit dat, den 30en Mei, een buiten den passar wonende Javaan
beroofd en afgemaakt werd dooreen tiental Atjehers, van Waylah
afkomstig.
Den 12en Juni werd de civiele gezaghebber, de le luitenant der
infanterie J. H. Kroet, die vergezeld door twee politieoppassers,
een bezoek bij Toekoe Tjihik en Toekoe Itam had gebracht,
op 40 pas afstand van de versterking door vier met klewangs ge-