13
wapende Atjehers besprongen en, eveuals de beide oppassers gewond.
Ook bij deze gelegenheid toonden de inwoners hunne goede gezind
heid; eene onmiddellijk onder Toekoe Tjihik uitgerukte bevol
kingspatrouille arresteerde twee der aanvallers, die den 17en Juli
door de Atjehsche rechtbank veroordeeld werden tot den dood door
middel van den kogel. De straf werd door de volgelingen vanToekoc
Tjihik aan hen voltrokken.
Den 14en October werd een spion der aan de hoofden vijandige
partij opgevat en ingevolge een vonnis der hoofden gefusilleerd.
In Boeboen werd, den 4en November 1885, een Arabisch han
delaar beroofd en vermoordde daders, een Arabier en twee Atjehers,
werden door den panglima van dit staatje gevat.
In het begin van Mei 1886 vertoonde zich in Boeboen eene
bende uit Groot-Atjeh, met het doel, gelden voor den „heiligen
„oorlog" in te zamelen.
Het hoofd van Boeboen werd eenigen tijd later vermoord. Als
zijn opvolger werd den 16en September zijn jongere broeder Nja
Machmoed verkozen; de Radja van Ten om, wiens instemming
wegens den invloed dien hij in Boeboen uitoefent van veel gewicht
was, hechtte aan deze keuze zijne goedkeuring.
Met dezen radja werd, na de beëindiging der vroeger besproken
Aïsmi-quaestie, de verhouding van lieverlede vriendschappelijker.
In September 1885 braken er oneenigheden uit tusschen Toekoe
Imam Moeda, hoeloebalang van Tenom, en Toekoe Lampoe-
oek, hoeloebalang van Tamsi, behoorende tot de XII hoeloebalangs-
federatie en gelegen ten Zuiden van Kemala. Laatstgenoemde deed
oude aanspraken gelden op een deel van de hassil van Tenom, en
weldra kwam het tusschen beide partijen tot feitelijkheden. Den
16™ September tastte Toekoe Lampoe-oek de versterking van
Toekoe Jit aan, doch hij werd teruggedreven; in October en
November deed hij nog herhaaldelijk, van de grens van Kr oen g
Sabil, strooptochten in Tenom, maar leed daarbij nog al verliezen,
zoodat sedert niet meer van hem vernomen werd.
Den 7™ April 1886 maakten een hoofd van Boeboen en een
gemachtigde van den radja van Tenom hun opwachting bij den Gou-