231
In afwachting van het eigenlijke schermreglement acht ik het geens
zins overbodig op het volgende te wijzen.
Op het oogenblik heeft iedere compagnie 12 bsjonetschermgeweren.
Ik acht dit aantal ten eenenmale onvoldoende. Om dit duidelijk te
maken, nemen we aan dat iedere compagnie tweemaal per week
één uur schermonderricht krijgt. Nemen we verder voor de stekte
106 man, d. i. die eener Inlandsche compagnie, dan wordt gemid
deld ieder man 1jg deel van één uur per les met het bajoueischei tn-
geweer geoefend en heeft hij dus na 9 lessen één uur met dat ge
weer geschermd. Twee lessen in de week maakt 104 lesseu in het
jaar; en zal dus de man gemiddeld per jaar 12 lessen van 1 uur
met het bajonetschermgeweer onderwezeu zijn.
Dat dit onvoldoende is, behoeft zeker geen betoog.
In mijn concept-reglement stelde ik het aantal bajonetschermge-
weren op dertig per Compagnie.
Het zou mij te ver voeren het door mij behandelde hier in zija
geheel weer te geven. Ook zoude ik onbescheiden worden, daarvoor
ruimte te vragen in het Indisch Mil. Tijdschrift. Alleen het voor
bericht en de regels bij het onderricht deel ik iu het kort mede.
Mogelijk dat ik hierdoor de Indische infanterie een dienst bewijs.
Behoort in de Europeesche legers het schermeu tot de voornaam
ste oefeaiugen voor den soldaat, weik eene groote waarde dient daar
aan gehecht te worden voor ons Indisch Leger. In de Europeesche
oorlogen komt het „handgemeen worden" betrekkelijk weinig voor;
het overrompelen vau kleine patrouilles door vijandelijke hinderlagen
is daar eene zeldzaamheid; terwijl uit onze talrijke gevechten met
den Iulandschen vijaud eu vooral uit den Atjeh-krijg overtuigend
gebleken is, dat telkens, zoowel bij dag ais bij nacht, de vijand ons
op die wijze verontrust. Goed schieten geeft bij dergelijke gelegen
heden betrekkelijk weinig; de vijand staat vóór ons en geeft ons
niet den tijd na het eerste schot te herladen. Dan komt de beurt
aan de bajonet; en ofschoon de uitdrukking „de bajonetvechter is
„sterk" oud is, zij blijft steeds even waar.
Het bajonet vechten, en in 't algemeen het schermen, is den soidaat
niet aangeboren, veel minder nog dan het schieten. Er zijn schut
ters, die reeds na eene enkele voorbereidende oefening, goed kunnen