- 270
Nieuwe instructiën voor het voeren van administratie bij korpsen
en garnizoenen, compagnieën cn detachementen alsmede nieuwe mo
dellen en tarieven zullen moeten worden ingevoerd, maar de ad
ministratie zal dan ook zeer eenvoudig wezenhet spreekt van zelf
dat er nog geene verandering in dezen geest kan plaats hebben, voor
dat het geheele stelsel van kleeding definitief is ingevoerd.
De man moet voldoende kleediug hebben, maar ook niet meer
dan voldoende, zoodat hij alles in veldransel eu kleedingtasch kan
bergende model kist kan hij dan c. q. voor de kleeding van
vrouw en kinderen bestemmen. Indien daaraan streng de hand ge
houden wordt, zal men aan de spoorwegstations geene schandalen
meer beleven vau huilende vrouwen, omdat zij hun rommel, die ge
woonlijk het meenemen niet waard is, moeten achterlaten, daar zij
de vracht niet kunnen betalen.
De heer P. zegt dat het onbillijk is, dat een man, die in de 2e
klasse van militaire discipline geplaatst geweest is, later bij het
ontvangen van kleeding niet aan de korting wordt onderworpen, om
dat het bedrag der schuld van de onvrijwillig bespaarde gelden wordt
afgenomen. Dit ben ik volstrekt niet met schrijver eens. Een op
passend soldaat zal nooit goederen op schuld ontvangen dan op ver
zoek, dus die korting op zijne soldij ondergaat hij vrijwilligdikwijls
stort hij het geheele bedrag contant. Wat nu den man betreft, die
in de 2° klasse van militaire discipline geplaatst geweest is, deze heeft
zich gebeterdhet doel van de korting, om gedurende den straftijd den
man zoo min mogelijk geld in handen te geven, is bereikt; het zou
dus onbillijk wezen, indien hij niet in de gelegenheid werd gesteld
om zich een paar stuks kleeding aan te schaffen, omdat zijne klee
ding bij de vele vuile corveeën, die hij gedurende zijn straftijd heeft
verricht, onooglijk geworden is. Bovendien weet de heer P. wel,
dat er Europeesche militairen zijn, die zich voor hunne onvrijwillig
bespaarde gelden schamen en maar goederen verzoeken om niet met
zoogenaamde klasgelden naar een ander korps te worden overge
geven. Ik zou er mij mede kunnen vereenigen, indien de heer P.
het onbillijk genoemd had dat een gedegradeerd onderofficier of kor
poraal zijne dienstchevrons verliest en die zelfs niet terugkrijgt,
wanneer hij later waardig wordt gekeurd een graad te bekleeden;