832
■vizier opnoemt. Van die schatting zelf wordt gezegd dat men die
hoofdzakelijk moet beoefenen tegen bosch- en kampongranden en dat
men somtijds kan gebruik maken van de kaart, van opgaven van
ingeschoten artillerie of van telemeters. Het gebruik van de korrel
om te schatten heeft men niet overgenomen. Omtrent de schatting
op het oog, het moeieljjkste en meest voorkomende geval in het
gevecht, wordt alleen vermeld dat men daarbij, langs wegen, boomen
en telegraafpalen als hulpmiddelen kan bezigen 166); terwijl er
op gewezen wordt dat in de schemering, bij nevelachtig weer of
bewolkte lucht en van de laagte naar de hoogte dan wel naar voor
werpen in de schaduw dikwerf te vèr, daarentegen naar voorwer
pen welke helder verlicht zijn of zich scherp tegen den horizon of
den achtergrond afteekenen, zoomede over diepten, van de hoogte
naar de laagte en over watervlakten vaak te kort geschat wordt.
In het „Aanhangsel" van het Indische schietvoorschrift vinden
wij als een vereischte om het vuur te kunnen leiden 74)vereischte
dus waaraan de officier moet voldoen 96, 2e al.) vermeld: „ge
schiktheid tot het schatten van afstanden".
Over de groote afstanden wordt evenals over de kleine gezegd
(Aanhangsel 81), dat nauwkeurige kennis van den afstand geen
vereischte is; eene misschatting van 50 M. wordt daarbij toegelaten,
als veroorzakende geen noemenswaardig verschil in uitwerking. Men
zal trouwens al zeer tevreden mogen zijn als men op de groote af
standen op 50 M. na nauwkeurig schat.
Wij zullen hier niet beoordeelen in hoever het Nederlandsche of
liet Indische voorschrift de voorkeur verdient ten opzichte van het
al dan niet oefenen in het afstandenschatten van kader of manschappen,
die zich daarvoor bijzonder eigenen. Als de officieren allen goede
afstandenschatters zijn, kan men daarmede wel volstaan. Wij hopen
dat zij het allen zullen worden. Nu die eisch echter volgens het
voorschrift den officier, als vuurleider, moet worden gesteld, ware het
wellicht niet overbodig geweest bijzonder te wijzen op het hooge ge
wicht van zich in het schatten vau afstanden te oefenenzonder veel
oefening toch leert men niet om bij gemis van hulpmiddelen, het in
't gevecht meest voorkomend geval, voldoende nauwkeurig den af
stand te schatten om uitwerking van zijn vuur te kunnen krijgen.