- 340
ben. Die keurders hebben zich echter niet bezig te houden met de
vraag welke soort koffie zij voor zich hebben, nu den aannemer ten
dien opzichte de volle vrijheid is gelaten; naamsverwarring zoude
slechts tot begripsverwarring leiden en aanleiding kunnen geven tot
ongemotiveerde afkeuringen.
In den handel wordt de waarde van de koffie bepaald naar de
kleur, grootte der boon en den smaak.
De koffie moet zorgvuldig gesorteerd [gezuiverd] zijn daarin mogen
niet voorkomen gebroken of zwarte boouen, triage genoemd, evenmin
de zoogenaamde drijfkoffiedie aan hare fletsgroene kleur en als een
groote boon te herkennen is. In de kleur der koffie heeft men ver
scheidene nuances; zoowel in het groene en blauwe, als in het gele
en bruine geldt de hoogere kleur voor de beste, terwijl grofboonig
in elke kleur de waarde vermeerdert. Wiskunstige berekening ligt
aan de schattingen niet ten grondslag; de phantasie speelt in de
meeste gevallen de hoofdrol. Goede droge koffie moet tusschen de
tanden knappen, de boonen moeten ongeveer van gelijke grootte en
kleur zijneen bepaalde kleur mag, in verband met de voorwaarden?
niet geëischt worden.
Oscar Dietzsch geeft de volgende kenmerken: „Goede koffie moet
hard en zwaar zijn en in water geworpen zinken; koffie die boven
drijft of zwart is, is niet goed."
Het zou echter gewaagd en lichtvaardig ziju de koffie alleen goed
te keuren omdat zij zinkt; de Chineesche leveranciers kennen genoeg
middeltjes om de proef van zinken met glans te doen doorstaan.
Goede droge koffie mag niet klam aanvoelen; neemt men een weinig
koffie in de hand en knijpt men die flink toe, dan mag de koffie niet
aan de hand blijven kleven, doet zij dat, dan is de koffie met zeewater-
in aanraking geweest en mag alsdan niet aangenomen worden.
Men moet de koffie ook naar den reuk beoordeelen. Wanneer
men de beide handen vol koffie neemt, de handen toeknijpt en aan
den neus brengt, dan riekt men van Java-koffie een eigendomme-
lijken reuk, nl.zakkenluchtis de reuk schimmelachtigdan is dit
mede een bewijs dat de koffie met zeewater in aanraking is geweest
riekt de koffie zuur, dau is de rijpe vrucht te lang in haar vleezig
omhulsel gebleven, tengevolge waarvan te sterke gisting is ontstaan