- 448 -
kleine berichten, die elkaar dan bovendien gewoonlijk tegenspreken
na verloop van b. v. 15 minuten.
Gedurende de verkenning late men de cavalerie dus met rust en
grijpe niet in haar werkkring in.
Natuurlijk zal de verkenning in 's vijands flank en rug de meeste
resultaten opleveren. Ligt hierin nu opgesloten, dat men al onmid
dellijk naar de flanken moet gaan zoeken? Afgescheiden nog van de
moeielijkheid, om juist te kunnen aangeven, waar 's vijands stelliog
aanleunt, zoo zal men wel zelden rechtstreeks op zijne flank kunnen
aanrijden.
De eerste plicht van de commandanten der verkenningspatrouilles
moet zijn, om den vijand op te zoeken, onverschillig waar,
om van daaruit, als beginpunt, evenwijdig aan het front der stelling
de flanken op te zoeken. Hierdoor zal het voorbijrijden der flanken
vermeden en tijd uitgespaard worden.
De commandanten der verkenningspatrouilles zenden hun berichten
rechtstreeks aan den commandant van dé geheele verkennende cava
lerie. Het is dus voor dezen zaak, dat hij de juiste plaats aan
geeft, waar die berichten ingewacht worden. Is hij toch genood
zaakt zich naar elders te begeven, dan moet hij zorgen, een ander op het
punt op te stellen, die voor hem de berichten in ontvangst neemt
of die den brenger van het bericht de nieuwe plaats van den com-
mandant aanwijst.
Wordt dit niet menigmaal vergeten? Het antwoord hierop is
overbodig, daar iedereen wel eens de ordonnansen, tot vervelens toe,
van rechts naar links heeft zien rijden.
Zooveel maar eenigszins mogelijk is, moet het tempo, waarin de
overbrenger van het bericht rijdt, de draf zijn. Werkelijk, dat eeuwig
durende galoppeeren „is 't em niet," de ruiters zijn spoedig buiten
adem, de paarden afgejakkerd, waarbij ik nog voeg, dat het
afwisselend galoppeeren al heel weinig tijd uitspaart. Komt het
er op aan, m a. w. dringt het, dan ben ik de eerste, die, zegt
„zet de sokkeu er maar flink in" en bekommer ik mij er niet om
of het paard doodgereden wordt, mitshet doel er mede
bereikt is.
Gelukkig, dat men er bij ons ook zoo over denkt, zoodat