528 ea één der genie) telden bij het begin en bij het einde van 1887 het volgend aantal leerlingen. Bij de infanterie, cavalerie en genie dus eene belangrijke ver mindering, bij de artillerie eene belangrijke vermeerdering van leerlingen. Op de korpsscholen der infanterie en cavalerie bevonden zich in totaal het volgend aantal leerlingen op 31 December 18862144 18871082. Deze groote vermindering van het schoolbezoek is een gevolg van de bij Alg. Ord. N°. 6 van 1887 uitgevaardigde bepaling dat het bijwonen der lessen niet meer verplichtend is. Bewapening. Op 31 December 1887 waren bij het leger, zoomede bij de schutterijenlegioenen en barisans in gebruik of bij de wa- Aantal le ERLINGEN. OMSCHRIJVING. 1 Januari 1887. 31 December 1887. Korpo raals. Min deren. Te zamen. Korpo raals. Min deren. Te zamen. Infanterie. Europeanen. Inlanders. 60 23 138 97 198 120 28 16 101 55 129 71 Totaal 83 235 318 44 156 200 Vesting- en garnizoens artillerie Europeanen. Inlanders. 4 1 21 1 25 2 8 1 19 2 27 3 Totaal 5 22 27 9 21 30 Veld- en berg- artillerie Europeanen Inlanders. 4 13 1 17 1 3 3 24 7 27 10 4 14 8 18 6 31 37 Cavalerie Europeanen. Inlanders. 7 15 2 2 3 4 3 8 15 2 5 7 Genie Europeanen. 1 Inlanders. 32 12 20 45 52 57 24 12 7 32 31 44 Totaal 44 65 109 36 39 75 33 33 33 xuu

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indisch Militair Tijdschrift | 1888 | | pagina 539