529
penmagazijnen in verantwoording 33077 achterlaadgeweren, klein
kaliber, terwijl zich in de oorlogsmagazijnen en bij de geweermakers-
school te Meester Cornelis bevonden 16299 stuks, dus in het geheel
49376, tegen (31649 17973) 49622 stuks op 31 December
1886. Het getal achterlaadgeweren ter beschikking van het depar
tement van oorlog verminderde derhalve in 1887 met 246, en zulks
doordien er 152 aan andere departementen verstrekt werden (voor
het bewapenen van politiedienaren, beambten bij de recherche, enz.)
en 94 moesten worden afgeschreven, waarvan 91 wegens afkeuring
en 3 als vermist.
Met de wijziging der vizierinrichting werd voortgang gemaakt
naarmate de beschikbare krachten het toelieten.
In het belang der oefening in het schieten met de revolver werd
bepaald, dat voortaan jaarlijks aan iederen officier, die in het bezit
is van eene modelrevolver, 78 scherpe revolverpatronen ten laste van
den lande kunnen worden verstrekt.
Het nieuwe materieel der bergartillerie is in den loop van 1887
in dienst gesteld. Omtrent de vraag of ook tot aanschaffing
van stalen achterlaadmortieren zal worden overgegaan, ter vervanging
van de verouderde bronzen Coehoorn-mortieren, zal eerlang eene
beslissing kunnen worden genomen. Yan de in 1886 ter beoordee
ling uitgezonden 3 stuks, alle van hetzelfde kaliber (7.5 cM.),
maar van verschillend gewicht, is bij de gehouden proeven alleen
de zwaarste met het blok 102 kilogr. wegende gebleken aan
alle eischen te voldoen.
In 't verslag van 1886 werd aangekondigdigd dat hier te lande
door eene commissie proefnemingen zouden geschieden, met eene
nieuwe geschutsoort (volgens de vinding van den fabrikant Th.
Nordenfelt), welke wellicht als positie-geschut in Atjeh zou zijn
te benuttigen. Deze proefnemingen hebben sedert plaats gehad. Of
schoon in hooge mate voldaau over de verkregen uitkomsten, heeft
echter de commissie gemeend het bedoelde geschut niet speciaal
te kunnen aanbevelen voor de bewapening van onze posten in
Atjeh. Bij de overbrenging van hare dankbetuiging voor de wel
willend verstrekte gelegenheid tot proefneming is den uitvinder
namens de Regeering medegedeeld dat de kortelings tot stand ge-