128
Uwe Excellentie worde toegesproken; hij is daarbij in geen 28 jaar
te Batavia geweest en zal zich, ook door de groote uitbreiding
dier hoofdplaats enz. in dat tijdvak, van de waarheid kunnen over
tuigen dat het Nederlandsch Gouvernement in grootheid en kracht
te veel is vooruitgegaan dan dat een Palembang het ernstige
zorgen zoude kunnen baren."
Ondanks deze groote woorden over de „grootheid en kracht" onzer
Regeering adviseerde Buschkens alzoo, vertrouwen te blij ven schen
ken aan eenen man dien hij zelf zegt niet te vertrouwen; St ei nmetz,
die liever vertrouwen schonk aan menschen die dat verdienden, moest
daarentegen worden opgeofferd. Toch zou deze resident binnenkor
ten tijd schitterend gerechtvaardigd worden, en zou het overtuigend
blijken dat de Regeering verkeerd had gedaan, met te luisteren, èn
in 1849, èn in 1850, naar de adviezen van den kolonel Buschke n s,
die in 1840 en 1841 resident van Palembang was geweest, maar
zich blijkbaar niet had kunnen verplaatsen in den sedert gewijzigden
staat van zaken.
De conclusie, welke de Gouverneur-Generaal Rochusseu uit de
rapporten van Buschkens trok, was.
„dat de resident Steinmetz, door willekeurig en naar eigen
begrippen te hebben gehandeld, in strijd met de hem gegeven voor
schriften, als de aanleidende oorzaak moet worden beschouwd van
de in het Palembangsche heerschende spanning en van de militaire
expeditiën, welke eindelijk op herhaald bevel waren gestaakt; en
dat er redenen zijn welke het als noodig moeten doen beschouwen,
zoowel met het oog op de geestgesteldheid van den rijksbestierder
als van de bevolking, ten aanzien van den resident Steinmetz,
dat die hoofdambtenaar niet langer met het bestuur van Palemb ang
belast blijve".
„Onder dusdanige omstandigheden zoo schreef de Gouverneur-
Generaal verder was aan eene steeds wenschelijke samenwerking
van Europeesch en Inlandsch bestuur in Palembang niet meer te
denken; het bleek, dat de resident Steinmetz met te veel voort
varendheid gestreefd had naar eene bepaalde vestiging van het Eu
ropeesch gezag, zonder zich door wenken of aanschrijvingen van